mei 27, 2019
We hebben zo’n tien dagen voor ons tripje naar Zuid Frankrijk. We gaan de regio Languedoc met kinderen verkennen. En ik weet nog dat we, bij het boeken van deze week, de gok te groot vonden om half april in Noord Frankrijk of zelfs Nederland te blijven. “Willen we een beetje zonzekerheid, dan moeten we wel echt naar Zuid Frankrijk gaan.” Dat die theorie in de praktijk net even anders uitpakt, dat blijkt maar weer… En toch is het een heerlijke week! Lees je mee met wat we allemaal gedaan hebben?
Het is nog geen twee uur vliegen naar Toulouse, maar al met al ben je een dag onderweg. We zetten opa en oma ‘s morgens nog even twee uurtjes in om op de kids te passen, dan sjeesen wij als een gek door het huis om alles in te pakken en het een soort van schoon achter te laten. En dan kunnen we!
Half 11 ‘s morgens hebben we de bus, dan de trein, dan heel lang wachten op Schiphol (Robyn crasht op de bank van de Starbucks voor d’r middagslaapje) en pas eind van de middag staan we dan goed en wel naast onze huurauto. Wat overigens weer een prima bak is. Ja, ze proberen je weer de extra verzekering aan te smeren en nee, we weten inmiddels dat we daar niet moeten intrappen want alles is geregeld via Sunny Cars. Bij Sunny Cars betaal je geen eigen risico en zijn al je verzekeringen inbegrepen. Dat is toch wel heel relaxt hoor! Alles inladen en dan langs de laatste tussenstop van vandaag: de grote M. Robyn likt vooral de saus van haar frietjes en Fynn is drukker met het speeltje dan dat ie überhaupt iets van zijn friet eet. Ja, het zakje appelpartjes gaat er in. Het blijft een bijzonder exemplaar!
De eerste twee nachten hebben we geboekt via Airbnb. Daar zijn we eigenlijk gewoon groot fan van! Allereerst de speurtocht naar de sleutel, zo ook hier. We volgen de aanwijzingen uit het berichtje nauwkeurig op, ze kloppen allemaal. Van: “on the first right you will see an open entrance (green grass on the left with wooden fence running down), this is the car park.” Tot: “we will leave the keys in the keybox which you will find in a birdcage in the tree in front of the carparking space 51“. En dan moet je nog naar binnen met tags en sleutels. Ik hou ervan! Ons appartementje is klein, maar fijn. Hier redden wij ons prima twee dagen. De gordijnen zijn verduisterend, dus dat beloofd veel goeds…
Nou, de nacht was mwha mwha. Iedereen moet toch altijd even wennen aan het nieuwe “huisje”. Robyn ligt bij ons op de kamer in haar campingbedje, Fynn op de slaapbank in de woonkamer. En ondanks de verduisterende gordijnen is hij toch vroeg wakker. De mannen zijn dan ook al lekker vroeg op pad om een ontbijtje te scoren bij de Lidl. Fynn heeft z’n halve Playmobil voorraad meegenomen en vermaakt zich de rest van de ochtend prima. We luieren wat in het tuintje, de kids willen graag in bad dus ook dat kan geregeld worden en als Robyn ‘s middags nog even gaat slapen wandelen Fynn en ik naar de speeltuin.
We lopen compleet de verkeerde kant op, maar met een beetje hulp van Google Maps komen we toch op de juiste plek. Gezellig even zo met z’n twee op pad, kleine picknick mee. Ik merk wel dat ie moe is van de reisdag en z’n korte nacht. Hij loopt vol tegen een lantaarnpaal op en laat zich dan ook nog eens uit de kabelbaan vallen, een meter naar beneden, plat op z’n rug. Hij dacht dat ze vingers er aan het einde tussen zouden komen en liet dus in een schrikreactie los. Gelukkig krabbelt hij zelf overeind. Door de klap klaagt ie over pijn in z’n buik. Ik kan het me voorstellen, het is een flinke smak geweest. Arm kind.
Vanmiddag niks spannends meer, we rijden met de auto naar Toulouse zelf. Er is een groot park in het midden van de stad, vlak bij de bekende Pont neuf en dus aan het water. Dat is wel een relaxte plek om de middag door te brengen. We vinden er een speeltuintje (lang leve de Playground buddy app) en natuurlijk gaan we een ijsje eten. En dan thuis lekker een bordje pasta en na bad nummer 2 van vandaag lekker op tijd naar bed!
Een heel relaxte ochtend, tot ik zie dat een lokale partner zich via Facebook ‘veilig’ markeert in Sri Lanka. En dan zie ik ook de nieuwsberichten en appjes binnenkomen. Dit is niet oké, ik voel het gelijk. Vreselijk! Voor de mensen daar, voor ieder die een dierbare verloren heeft, voor het land waar ik me tijdens onze reis zo welkom en veilig gevoelt heb.
En ik denk vanuit mijn werk als zelfstandig reisagent ook gelijk aan al die vertrekken die ik nog heb staan komende maanden. Hoe moet dat met al die mooie reizen die nog gemaakt zouden worden…? Zoveel vragen, maar er is natuurlijk nog helemaal geen duidelijkheid over. De lokale partner waar ik veel mee samenwerk is veilig, net als zijn familie. Ik heb momenteel ook geen reizigers zitten in Sri Lanka en de eerste vertrekken zijn pas eind juni, maar toch. Het maakt de gebeurtenissen ter plaatse allemaal niet minder erg. Na even schakelen met mijn collega Ilse, die mij tijdens mijn eigen vakantie waarneemt, besluiten wij gewoon op pad te gaan vandaag. Zij zal de telefoontjes opvangen. Wat ben ik blij met d’r!
En dus reizen we door, we gaan buiten de tolwegen om, dan zijn we net iets langer onderweg en kan Robyn mooi in de auto nog even in slaap vallen. Stop 1: de Lidl voor de grote boodschappen en stop 2: Carcassonne (bedankt voor de tip Paul!). Carcassonne ligt op anderhalf uur rijden en is een echte vestigingsstad met kasteelmuren en grote gracht eromheen. Daar willen we even gekeken hebben en het is een mooie plek, zo halverwege, om onze autobenen even te strekken. Ook Fynn is in de auto in slaap gevallen, die moet dus nog even wat energie kwijt anders wordt het niks vanavond.
Tussen de druppels door wandelen we over de voetgangersbrug met uitzicht op de kasteelmuren. Dan door het park er beneden, even lekker stenen gooien in het water. Langs de carrousel, waar inmiddels ook Robyn gewoon echt in wil en vervolgens richting de nieuwe stad op zoek naar een crêperie voor de lunch. Gevonden! Als die beentjes nu niet moe zijn…
En wie denkt dat ieder kind een crêpe met Nutella lust. Die kent die van ons nog niet. Robyn heeft liever die van mij met vier soorten kaas en Fynn eet helemaal niks. Nou ja, niks.. de lolly die we bij het betalen krijgen gaat er wel in. Hij is duidelijk niet helemaal fit. We karren door naar onze eindbestemming aan de kust: Flower Camping Domaine de La Palme. Hier geen speurtocht, onze sleutel staat netjes klaar in het bakje voor de “late arrivals“. We kunnen er zo in. En ik weet niet hoe het met jullie vakantiemenu’s gaat, maar wij eten vanavond… Pasta!
2e Paasdag, we beginnen de dag natuurlijk met eitjes zoeken. Daar zijn we gister helemaal niet meer aan toe gekomen. Voor Fynn het grootste drama vlak voor de vakantie: hij kon niet bij het eieren zoeken bij ons in het park zijn. Al zeker een maand lang werd er afgeteld naar 2e paasdag en toen planden papa en mama ineens een vakantie in dat weekend. Hoe kun je dat doen? Beloofd: we nemen een grote zak met eitjes mee. En dus wordt er vanochtend gezocht naar 20 eitjes. Wat een pret!
Het hoogtepunt van de camping: een mega trampoline. Dus er moet gesprongen worden. Alleen tja, soms zitten er ook wel eens “grote jongens” op, dus dan moet je even wachten. En dat is moeilijk. Maar het wachten wordt beloond. We hebben een stacaravan gehuurd op een kleinschalige camping, dat hele massale is niks voor ons namelijk. Deze camping heeft wat staanplaatsen, stacaravans en zelfs glamping safaritenten. Die zijn nu lang niet allemaal bezet. Er staan vooral wat campers op de staanplaatsen en zijn er eigenlijk geen kids van Fynn zijn leeftijd, dat is jammer.
In de zomermaanden moet dat anders zijn, dan worden er ook gewoon leuke activiteiten voor de kinderen georganiseerd. En helaas voor Fynn, gelukkig voor ons, is het zwembad nog gesloten. Voor Fynn is het namelijk altijd zwembadweer, zelfs nu het maar een graad of 17 is. Maar die trampoline, die maakt alles goed.
‘s Middags hebben we onze zinnen gezet op een mooi natuurgebied: Cap Leucate. Je kunt er een mooie rondwandeling maken over het plateau met uitzichten op zee. Het is droog, dus waarom niet… Helaas worden we twee kilometer voor de “eindstreep” terug gestuurd door de verkeersregelaar. Er is een WK kitesurfen aan de gang en de weg is afgesloten. We besluiten dan maar door te rijden naar het strand. Bijna verlaten, uitwaaien is het.
Robyn heeft haar eerste trauma opgelopen: de zee! Wanneer ze gegrepen wordt door een golf(je). “nee, nee!” moppert ze, met een schuddend vingertje naar de zee. “Au!” Ze wil ook niet meer zelf lopen en de rest van de strandwandeling verschuild ze zich bij mama op d’r arm. Weggestopt in d’r jas, samen met Tuta (d’r speen). En als Fynn of papa te dicht bij de zee komen schreeuwt ze het uit: “Sjes (zo noemt ze Fynn), nee!”
En wat doe je als je weggeblazen wordt van het strand? Dan halen we een ijsje! Eigenlijk hebben we gewoon een heerlijke middag zo. We sluiten ‘m af met pizza. Gewoon vanaf de pizzawagen die 2x per week de camping op komt rijden.
We hangen de ochtend lekker op de camping. Springen, springen, springen op de trampoline. Hoogtepunt van de dag. Het weer zou onwijs slecht zijn vandaag, maar het valt me alles mee. Als Robyn wakker is besluiten we toch nog maar even op pad te gaan. Actie in de tent!
Volgens de reisgidsen zouden ze hier moeten zijn… wilde flamingo’s. Dat willen we zien natuurlijk. Henk heeft ze gister vlakbij de camping al gespot, maar dichtbij kun je niet komen. En dus is onze grootste vriend Google ook nu weer van de partij. We vinden DE plek, hiervandaan zou je ze perfect kunnen zien. Twintig minuutjes rijden, goed te doen.
Je raad het zeker al… we parkeren de auto. Het is een heerlijke wandeling over plankenpaadjes en bruggetjes, de berg op met het eindeloos uitzicht. Maar Flamingo’s? Nergens. Nul, nada, noppes. Dat is jammer. De plankenpaadjes maken bij Fynn alles goed, die is daar echt groots fan van. En als we op de terugweg kiezen voor een kleine omweg zien we ze alsnog! In de verte. Toch leuk. 🙂
Fynn klaagt ‘s avonds over een pijnlijk plekje op z’n buik. En hij heeft er ook eentje op z’n zij zegt ie. We schenken er niet zoveel aandacht aan. Lekker op tijd naar bed, gaat het vanzelf over. Later deze week weten we beter…
Zon! Yes, dat is toch fijn. Alles wordt ook gelijk een stukje mooier als de zon schijnt. Tijd om de bergen in te gaan. Het is een uurtje rijden naar Gorge de Galamus, Robyn kan lekker even slapen onderweg en zo rijden we de besneeuwde bergtoppen tegemoet. We parkeren de auto, smeren de neuzen in met zonnebrand en dan kunnen we op pad. Robyn wil graag zelf lopen, of nou ja… lopen. Ze stort zichzelf een soort van van het pad af. “Mama heeft toch mijn hand wel vast”. Dat gaat dus zo’n 100 meter leuk en dan is de lol eraf. Gelukkig hebben we de rugdrager mee.
Ik geniet van Fynn en zijn enthousiasme. Zo leuk om te zien, hij stuitert echt als we gaan wandelen. Hij staat te springen en kan niet wachten tot we gaan lopen. Hij rent vooruit, klautert omhoog. Het is ‘m niet rotsig genoeg. Hij is door en door in zijn element hier. Thuis pakt ie het liefst de fiets voor die paar honderd meter naar school, maar hier maak je hem niet gelukkiger dan met wandelen.
We dalen af in de Gorge en komen dan bij een klein kerkje. Kerkbankjes in een grot, zonlicht van buitenaf en verschillende Mariabeelden links en rechts. Het heeft iets mysterieus. We branden een kaarsje voor alle slachtoffers van de aanslagen in Sri Lanka. Het pad leidt ons vervolgens door een smalle donkere tunnel naar boven.
Deel 2 van de wandeling gaat eigenlijk gewoon langs de weg, maar het is er niet druk. Dat kan ook bijna niet want het is smal, bochtig en de rotsen hangen grotendeels over de weg. In de diepte de rivier met wat kleine stroomversnellingen. En dat lonkt! Fynn en Henk speuren naar een plek om naar beneden te kunnen afdalen. Dat het zeker twintig meter steil naar beneden gaat maakt ze niet zoveel uit lijkt het. Uiteindelijk vinden we gelukkig een prima picknickplek aan het riviertje. En we speuren op de terugweg natuurlijk weer naar ijsjes. We vinden ze pas op de camping weer.
Goedemorgen! Mijn spieren hebben het zwaar. Ik heb even een flashback naar m’n zwangerschap waarin ik onwijs last had van verzuring in m’n benen. Ik voel het weer. ‘Overbelasting’ lees ik op internet, nou dat zal best. Het is alweer even geleden dat we de bergen in gingen, dat zijn ze niet meer gewend. Laat staan dat we iedere dag afsluiten met een springsessie op de trampoline. Tja, want wie denkt dat Fynn alleen gaat. No way!
Rustdag voor de spiertjes vandaag dus. Niet voor Henk. Die heeft de smaak te pakken en besluit zelfs een rondje te gaan hardlopen.
We hebben “thuis” een soort van routine. De ochtend rommelen we wat in en rond ons huisje. Na Robyn haar slaapje gaan we lekker wat doen. We zijn helemaal niet zo gewend om langer op één plek te zijn, we hebben zeeën van tijd om de omgeving te verkennen. We doen nog een poging om te komen waar we eerder deze week nog terug gestuurd werden. Het lukt!
De verkeersregelaar die er vandaag staat is milder. We mogen door. En dus rijden we over een weg die me nog het meest doet denken aan ‘Pieter Post’. Zo’n landweggetje met aan beide kanten een stenen muurtje. Geen idee waar het je heen brengt. We parkeren op een plek waarvan we denken dat we daar vandaan gemakkelijk naar de zee kunnen lopen. Met de vuurtoren aan de horizon. Maar waar komen al die andere wandelaars dan vandaan…? Er is dus blijkbaar een officiële plek om je auto te parkeren en hier een wandeling te maken. Goed te weten.
Vanaf de vuurtoren lopen we over een groot plateau, diepe kliffen rechts van ons en een hekje dat je zeker niet gaat opvangen wanneer je erin waait. Want met de wind die er staat kan dat maar zo… We houden een veilige afstand oma’s. Robyn vindt die wind echt vreselijk, zelfs weggestopt bij mij in m’n jas. Uit de wind, achter een muurtje, zitten we heerlijk in het zonnetje. Het is gewoon warm, wat heerlijk dit zeg.
Fynn en Henk spelen verstoppertje en we krijgen van een ander gezin de tip dat er een “coach” verstopt ligt. Wij kennen dat helemaal niet: geocoaching, maar ik moet zeggen dat het verslavend is. We vinden onder een steen een heel kleine doosje met daarin wat “schatten”: een schelp, veertje, steentje. Leuk dit. We schrijven onze naam in het boekje dat er bij zit en leggen ‘m dan weer netjes terug. Voor alle andere schatzoekers.
Eenmaal terug op de camping download ik gelijk de app. Ze liggen echt overal. Dit belooft verslavend te worden…
Zon! Dat is nog eens fijn wakker worden. Maar dreigen doet het wel. Onze favoriete pizzakraam is de camping weer opgereden en het is te verleidelijk. Naast onze standaard bestelling van een stokbrood en wat croissantjes halen we dus ook alvast twee pizza’s voor vanavond. Hoeven we daar niet meer over na te denken. En inmiddels is ook de trampoline onderdeel van ons ochtendritueel. We gaan niet op pad zonder even gesprongen te hebben.
We smeren onze stokbroodjes en zijn dan we weer onderweg. In de auto, richting Bryce Canyon. Oh nee, hier heet dat gewoon Orgues d’Ille Sur Tet. Dit bizarre landschap, wat overigens echt maar een fractie van het oppervlakte van Bryce Canyon in Amerika is, is een bezoek absoluut waard.
Door erosie uitgesleten rotsformaties middenin het landschap. De donker grijze luchten die er tijdens ons bezoek achter hangen maken het misschien nog wel iets spectaculairder. We wandelen er een uurtje rond, heel veel groter is het niet. En hebben zelfs nog even het geluk dat de besneeuwde bergtoppen zich laten zien van achter het inmiddels dikke wolkendek.
We maken op de terugweg een kleine omweg, we willen eigenlijk dichterbij die besneeuwde bergtoppen komen maar dat wil niet lukken. Wel belanden we bovenop de top van een berg bij een klein oud kerkje. En op de terugweg stuurt de navigatie ons ineens langs de Mac Donalds voor een ijsje. Gek zeg! 😉
‘s Avonds stop ik Fynn in bed en zie ineens nog veel meer gekke plekjes op z’n buik en rug. Oh nee he? Het zullen toch geen waterpokken zijn?
Doel 1 voor vandaag: iets om die waterpokken te lijf te gaan. Want van de waterpokken op zich word je al niet blij, maar je wordt nog minder blij als je geen reisverzekering hebt en je wel over 2 dagen naar huis wilt vliegen… I know, mevrouw de reisagent heeft zelf haar reisverzekering niet geregeld. Slecht verhaal! Gelukkig heeft de dame van de receptie in het Frans op een briefje geschreven wat het geval is en kunnen we daarmee naar de apotheek. Eens zien of ze een wondermiddel hebben. We krijgen een waterig cremetje mee waar de waterpokken sneller van zouden moeten indrogen. Op hoop van zegen.
En dan lekker naar het strand. Wat een verschil met waar we begin van de week waren. Nou ja, het strand is niet anders. We rijden exact naar dezelfde plek, gewoon omdat het vandaag heerlijk weer is en we toe zijn aan strand. Alleen is het strand waar we maandag nog wegwaaide nu heerlijk toeven. Fynn trotseert zelfs de golven in de branding! Held! Broek uit, shirt uit, zandkastelen bouwen, schelpjes zoeken, nog een keer smeren.
Robyn is nog niet helemaal bekomen van de schrik van vorige keer dat ze bijna gegrepen werd door een golf, dus blijft op veilige afstand van de zee. Maar ze wil wel graag mee doen als Fynn en papa vanaf de rand een duik het zand innemen. Ja waarom niet, je bent ook al bijna twee.
En geen vakantie zonder (bijna) iedere dag een ijsje. Met zon smaken ze toch nog net iets lekkerder!
Die besneeuwde berg… Hij blijft ons aankijken. Al de hele week. En stiekem is dat wat ik deze week ook nog een beetje gemist hebt. Een echte hike de bergen in. We zitten hartstikke in de buurt van de Pyreneeën, het gaat toch niet zo zijn dat we morgen naar huis vliegen en we nog niet echt de bergen in geweest zijn he? En dus: off we go!
De weg er naar toe is zo’n klein uurtje, Robyn doet nog even een tukkie en wij zien de sneeuw langzaam dichterbij komen. In een slaperig dorpje parkeren we de auto en volgen de bordjes ‘Cascades St. Vincent et des Anglais’.
Fynn begint te klagen, het is een saai pad. En dat is het ook… En als je zusje dan ook nog eens zelf wil lopen schiet het al helemaal niet op natuurlijk. Het eerste stuk slingert over een asfaltweg (we hadden de auto dus nog wel iets dichterbij kunnen zetten) en het tweede stuk is van het type ‘onverharde gravel’. Net als we aan wandelaars willen vragen hoe ver het nog is gaat het pad over in een smal kronkelpaadje. De wandelaars bevestigen: “Hier begint het echte wandelen”.
Fynn heeft gelijk zijn energie terug, hij klautert vooruit. Over rotsen, plankenpaadjes en hangbruggen. Dit is leuk! En de beloning precies wat we zochten: een fijne picknickplek onderaan de waterval. Geslaagd!
Wat een heerlijke laatste dag. Op de terugweg willen we nog even wat boodschapjes doen. Met wat groente en een potje saus kunnen we namelijk mooi ons laatste restje pasta opeten. Maar helaas, alle winkels blijken dicht. De kids hebben mazzel: wederom een ongezonde maaltijd vandaag. Ach, het is vakantie!
Met Fynn z’n waterpokken gaat het goed, je ziet ze bijna niet. Alsof het niet helemaal is doorgezet ofzo. Eén flinke nog op z’n neus, die moet nog even aangestipt worden. De rest zit onder z’n shirt, we pakken ‘m gewoon lekker winters in morgen.
Onze vlucht is pas aan het eind van de middag, maar we willen bij een huisarts hier in het dorp toch even een soort van doktersverklaring halen voor Fynn. Als Henk en Fynn na een uur eindelijk aan de beurt zijn staan ze ook zo weer buiten. De beste man snapt er geen bal van. Er wordt naar z’n longen geluisterd en hij kan wel een drankje voorschrijven. Nee, we willen een artsenverklaring met daarop dat hij mag vliegen. We krijgen een geschreven briefje mee, in het Frans, met daarop dat Fynn gezond genoeg is om te vliegen. Stempeltje erop en daar moeten we het mee doen. Dat wordt dus nog even billen knijpen bij de incheckbalie.
We zijn door alle toestanden uiteindelijk redelijk vroeg weer in Toulouse, dus rijden we nog even naar ons fijne parkje aan de rivier. Voor een laatste schommel en een laatste ijsje. En dan is het echt tijd om richting vliegveld te gaan. Hij mag mee, fieuw!
Dag Frankrijk! We hebben genoten van Languedoc met kinderen.
Ook met onze camper toerden we al eens door Frankrijk. Nieuwsgierig? Je leest ook die avonturen gewoon op Reismetkinderen.nl.
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Reacties: