juli 19, 2018
Deze week bezoeken we het kleine broertje van de Plitvica watervallen en we worden verrast door de waterval in Bosnië. Onze camperreis door Kroatië maakt namelijk een klein uitstapje naar Mostar. Wat een gastvrijheid en fijn ontvangst! Ieder vooroordeel zetten we opzij.
We zijn nog steeds in Lozovac, Kroatië, op camping Krka. Vandaag gaan we op naar het kleine broertje van Plitvica. We stappen op de fiets… Dat is toch wel heel relaxt. De camper laten we staan en langs de weg fietsen we, netjes achter elkaar, zo naar de entree. Niet die waar we gister waren, er is nog een tweede entree die blijkbaar een stuk minder schreeuwerig is en met de stadsfiets te bereiken want de weg is vlak.
Fietsen tegen een paal, kaartje halen en dan met de shuttlebus naar het startpunt. Het zit strak in elkaar deze organisatie. De dame bij het informatiebord tettert wat door een microfoon, er is weinig van te verstaan. Het nadeel van zo’n shuttle touringcar is dat je dus met z’n allen tegelijk uitstapt en start aan je wandeling. Het hele rondje is ‘maar’ 2 km en er mogen per dag max. 10.000 bezoekers naar binnen. Die zijn er nog lang niet maar ondanks dat zijn er dus best veel mensen tegelijk op de plankenpaadjes.
Wat het precies is weet ik niet: dat het bewolkt is vandaag, dat het hoogseizoen toch echt gestart is of dat we verwend zijn met Plitvica, maar Krka NP laat ons een beetje koud. Natuurlijk, de watervallen zelf zijn prachtig, het water ook helder blauw. En je kunt er zwemmen onder de mooiste waterval*, dat is super tof natuurlijk. Maar het is de hele entourage eromheen, we vinden het eigenlijk een beetje triest.
Iedereen die zich een weg baant over de rotsen, planten stuk trapt, water troebel, het liefst nog over het lijntje dat gespannen is heen willen klimmen en nog dichterbij de waterval willen komen. Of om die ene selfie te maken waar ook echt alleen jij op staat… Nee, we zijn er niet in geweest en hebben ook niks gemist volgens mij. Als dit zo doorgaat is er over en jaar of wat van de mooie natuur om de waterval heen weinig meer over.
* Alsof ze ons gehoord hebben… Hou er rekening mee dat zwemmen sinds 1 januari 2021 niet meer is toegestaan, omdat het teveel schade aanricht. Wil je toch graag zwemmen in de Krka rivier bij een waterval? Rij dan naar de Bilušića waterval, waar je wel mag zwemmen.
Eenmaal terug op de camping duiken we gelijk onze eigen pool nog even in. De nieuwe vriendjes zijn er ook weer, even samen zwemmen, gek doen, met de dino’s spelen (iets wat voor Fynn totaal nieuw is, die heeft zijn dinofase duidelijk nog niet gehad) en auto’s van de glijbaan laten storten. Leuk man!
We zwaaien onze dinovriend uit en hebben niet veel later ook zelf ons boeltje weer bij elkaar gepakt. We pakken nog een dagje strand mee bij Split. Het is de laatste dag van de ACSI kortingskaart op deze drukke en toeristische camping, het scheelt zo’n 30 euro per nacht. Gekke Henkie als we hier dus twee nachten gaan staan… Hollanders blijven we toch! En het is er ook gewoon te warm om morgen lekker een stad in te gaan. Dus één nacht en dan weer door. Wat een hitte. In de schaduw is het wel te doen, maar die heeft ons plekje dan weer niet. En voor het zwembad moet je extra betalen. Ik vind dat zo’n afknapper, maak dan de prijs van je camping gewoon iets hoger. Gelukkig is de zee dichtbij. Lekker strandhangen en scheppen dus.
Fynn heeft duidelijk ook een beetje last van de warmte, of is het dat hij zijn vriendje weer heeft uitgezwaaid. Er is de eerste paar uur weer geen land mee te bezeilen. Op het strand later die middag draait ie weer bij. Geen weer om te koken dus we gaan lekker een pizza halen. Die kosten dan weer niks op deze camping. En daarna nog een ijsje halen met papa en even spelen in een van de speeltuinen op de camping. Wat dan wel weer bijzonder is, van de uitgebreide ijskaart met magnums, cornetto’s en andere exotische ijsjes, kiest Fynn het meest simpele en goedkoopste waterijsje uit.
Overnachting: Camping Dobrec, bij Split
We willen eigenlijk naar Dubrovnik, maar dan moet je een stukje door Bosnië. Heel gek is dat, er is een paar kilometer waarin Bosnië ineens een kuststrook heeft en het Kroatië in tweeën breekt. En omdat we de afstand in 1x naar Dubrovnik wat lang vinden besluiten we dan maar helemaal Bosnië in te reizen. Ik heb veel gelezen over Mostar en de historische brug die tijdens de Balkan-oorlog werd verwoest. Daar willen we dus naartoe. Onderweg moeten we wel drie keer onze paspoorten afgeven en stoppen bij grensposten. Een beetje uit je comfortzone is het wel, voor mijn gevoel is het in Bosnië namelijk gewoon nog steeds oorlog. De mannen die we de eerste kilometers tegenkomen hebben ook allemaal wel wat weg van het beeld dat ik heb van huurmoordenaars. Of verbeeld ik me dat?
Eenmaal op onze camping net buiten Mostar moeten we ieder vooroordeel laten varen, wat een ontvangst. Als we de camper hebben geparkeerd worden we verwelkomd met een drankje van het huis. En een bord fruit van het huis. Oh en een taartje van het huis. Als ons eerste drankje op is wordt er gewoon nog eentje voor onze neus neergezet. Fynn stuitert van de ice tea en wij zijn dronken van de liter bier die we inmiddels op hebben… Later deze dagen blijkt dat je hier voor 20 euro per nacht slaapt, maar zeker voor 25 euro aan drankjes, taart en fruit krijgt. Hoe kan deze camping bestaan?
Het is er snikheet op de camping, maar aan het riviertje is het heerlijk. Het water komt er rechtstreeks uit de bergen en is maar 10 graden. Diehard die daar in gaat! Kanoën of waterfietsen kan wel, gratis te gebruiken. Henk en Fynn durven het aan, althans… Fynn is na 10 meter wel weer klaar en wil terug op de kant gezet worden. Held! Hij hangt wat bij de fontein waarin de vissen gehouden worden die ’s avonds op de bordjes verdwijnen en ineens zie ik dat hij een flink aantal plukken algen en mos van de steen heeft geplukt en laat rond dobberen in het water. De boef!
Als we ’s avonds uit de bloedhete camper toch nog een maaltijd getoverd hebben horen we ook het geluid dat ons doet teruggaan naar de wereldreis die we met Fynn al eens maakte: de lokroep van de moskee. Dat is lang geleden zeg! Ik zou bijna zeggen dat het vertrouwd voelt.
Overnachting: Camping Blagaj in gelijknamig dorpje (2 nachten)
We willen wel, maar kunnen niet. Wat? Er op uit vandaag! Niet te doen deze warmte, graad of 34. Fynn vangt visjes bij het riviertje en heeft een Duits vriendje gemaakt, we werken onze verslagen bij, Henk doet nog wat baantjes kanoën en we eten nog maar eens ons zoveelste bord met fruit.
En dan blijkt er iets mis te zijn met de afvoer van de fontein. Er komt wel vers water in, maar het vuile water kan er niet meer uit. De pvc-buis waar het water normaal in overstroomt blijkt verstopt. Fynn…? Er zijn al drie vissen dood. Het water was veel te warm geworden. Met emmers scheppen ze het water er nu uit en wordt geprobeerd de buis te ontstoppen. Dat zal niet mee vallen, Fynn heeft er inderdaad wat van het mos in gestopt zo blijkt. In de hoop dat hij dat dan aan de andere kant er weer uit ziet stromen het riviertje in. Maar dat is dus even niet gebeurd… Wat een figuur. Duimen dat het goedkomt!
Henk kletst die ochtend met een neef van de beheerdersfamilie van de camping, een soort manusje van alles. Voor hij het weet staat er een Bosnische koffie voor z’n neus en omdat het even duurt, krijgt hij alvast een Bosnisch fruitdrankje. Van het huis. Hij tipt ons om ook vooral naar Dervish House te gaan. Hier is (in een grot) ook de oorsprong van deze koude Buna rivier en daar omheen is soort van 15e eeuws klooster voor islamitische geestelijken gebouwd, die de gelofte van armoede hebben afgelegd. En natuurlijk brengt hij ons daar met zijn eigen auto even gratis naar toe. Anderhalf uur later haalt hij ons ook weer op, geen probleem!
Hij vertelt dat hij hier als kind vaak ging zwemmen, ondanks het koude water. Nu (ik schat 30 jaar later) is het een toeristisch gebeuren geworden met zeker 50 meter aan souvenirwinkeltjes en restaurants voordat je bij Dervish house aangekomen bent. Dat hou je natuurlijk toch, aan toeristen valt geld te verdienen, maar jammer is het wel. We kijken even binnen in de verschillende vertrekken van het ‘huis’, gepast gekleed in sarong en hoofddoek. Fynn grijpt z’n kans en loopt ook met een ‘jurk’ om z’n middel.
Eenmaal weer “thuis” is de hele afvoer gedemonteerd. Grof geschut is er aan de pas gekomen. Opa staat ondertussen de visjes vast schoon te maken voor vanavond, Fynn vindt ook dat maar wat interessant. Ik kan er bijna niet naar kijken. Jak! Nou, we duimen voor de fontein. Truste!
Tijd voor ons om te gaan. Niet vanwege de fontein met de vissen hoor, we willen wel weer verder. Je begrijpt echter vast wel waarom wij geen flesje wijn mee krijgen bij ons vertrek. 😉
De bekende brug van Mostar, de Stari Most, staat op ons lijstje voor vandaag. In het voorjaar van 1993 braken er in Mostar hevige gevechten uit tussen Kroaten en moslims tijdens de oorlog in dit land. De oude brug werd volledig verwoest en pas in 2004 weer opnieuw opgebouwd. Sinds de oorlog wordt de brug vaak gezien als een symbolische verbintenis tussen de katholieke Kroaten, de Bosnische moslims. De werkelijke verbintenis is er alleen nog niet: Bosniakken en Kroaten leven apart in dezelfde stad en de Serviërs zijn grotendeels uit de stad verdwenen.
De brug is nu wel één van de belangrijkste toeristische trekpleisters en dat hebben we geweten. We lopen over de hoofden heen, zo druk. En al zo warm. Het is een gezellig oud centrum, maar lekker slenteren is er niet bij. Je moet met de meute mee, anders wordt je onder de voet gelopen. We wandelen een keer over de brug heen en zijn precies op tijd voor “de sprong”. Ieder half uur springt er iemand van de brug 19 meter naar beneden de rivier in, maar niet voordat er genoeg geld is opgehaald natuurlijk. “Nog vijf euro mensen! Nog vijf mensen een euro en dan kan ie springen!” Dat dus…
Als we teruglopen naar de parkeerplaats waar de camper staat, ijsje in de hand, valt het me ineens op hoeveel zwerf/ zigeunerkinderen hier op straat leven. Alleen, in een doos te slapen, vieze kleding. Op de arm bij mama die ook nog hoogzwanger is. Ik vind dat toch nog wel een dingetje hoor, dat dit zo dicht bij huis nog moet bestaan. Bizar! Fynn denkt er iets genuanceerder over. “Mam, als de stad straks weer leeg is dan koopt dat jongetje echt wel een ijsje van die centjes hoor. Als niemand het ziet.” Ik ben stiekem blij dat hij de ernst nog niet helemaal meekrijgt en ik zeg hem dat ik denk dat het geen ijsje zal zijn, maar wel een broodje… Wat een geluk dat wij in het veilige Nederland geboren zijn en de mogelijkheid tot reizen hebben. Ik realiseer me het weer even heel goed.
We rijden door naar de Kravika watervallen. Vaag heb ik daarover iets gelezen, ze zien er op de foto schitterend uit en ze liggen ook nog eens op de route. We betalen netjes vijf euro entree en wandelen dan naar beneden, flink wat treden af. Mensen in badkleding komen omhoog, maar het kwartje valt niet. Of we zijn gewoon te lui om te bedenken dat we misschien nog even moeten omdraaien om onze zwemspullen te pakken. Wie herkent dat? Met als gevolg dat we beneden inderdaad schitterende watervallen treffen, waar je ook nog eens mag zwemmen. Het gevoel is hier alweer zo anders dan bij Krka National Park. Het plaatje klopt hier meer ofzo.
Fynn ligt binnen de kortste keer in z’n blote kont in het water. Wij moeten het dus bij pootje baden houden. En dan balen we ineens toch een beetje van onszelf, waarom lezen we ons niet wat beter in als we ergens heen gaan? Na het baden en de foto’s maken we nog een wandeling langs de rivier. Daar stuit Henk op een toch best wel behoorlijke bruine slang, die snel wegglijdt als hij dichterbij komt. Brrr…. Daarna kijken we alleen nog maar goed naar het pad voor ons en als het te dicht begroeid wordt, keren we om. En zo vliegt de middag voorbij en van ons plan om tot aan Dubrovnik te rijden gaat weinig terecht komen zo.
Plan B dan. We gaan nog wel de grens met Kroatië over, maar zoeken dan gelijk een camping. We redden het tot Ploce en dan zijn we het allemaal helemaal zat. Wat een drukke dag! De camping ligt aan een mooi zwemmeer, na een hele steile afdaling, maar we durven het aan. Camper op z’n plek en wij doen helemaal niets meer.
Overnachting: Ploce, Camping Bacinska Jezera (2 nachten)
Het is zo’n fijne verrassing. Wakker worden op een mooi plekje en weten dat je geen verplichtingen hebt. Het is een hele kleine camping aan een heerlijk meertje. Mooi uitzicht en niet te warm. We hadden deze stop eigenlijk niet gepland, maar we blijven er van schrik wel nog een dagje hangen. Kunnen we mooi even een wasje doen, Fynn nog wat visjes vangen. Hij loopt een blauwtje bij zijn 7 jarige Duits buurmeisje. Ze wil niet met ‘m voetballen en niet met de auto’s spelen. Raar zeg! Fynn vindt d’r ineens heel stom. D’r ouders zeggen ook geen woord, dus het ligt niet aan jou Fynn. 😉
We doen eigenlijk gewoon helemaal niks vandaag, behalve dus lekker zwemmen in het meer, visjes vangen en niksen. En natuurlijk stapt Henk weer op de fiets voor de boodschappen. In dit dorp zit ook een Lidl dus hij kan helemaal los. We hebben deze dag stiekem allemaal even nodig. Gisteren was eigenlijk een te drukke dag.
En dan begint de ellende. We hebben weer iets nieuws om van de bingokaart te strepen… Mieren! Ze hebben een hele snelweg gemaakt in onze camper. Van de bank, langs de muur onder de tafel door naar de andere kant. Maar waar komen ze vandaan en waar gaan ze weer heen… Dat kunnen we niet ontdekken. Het zijn kleine rode miertjes, dus we moeten hier wel echt vanaf. Gelijk maar even een lokdoosje neergezet en in de weer met stoffer en blik om de eerste lading naar buiten te gooien. Ik krijg weer jeuk als ik er aan denk.
En het zand op het campingveldje blijkt een soort van stoffig poeder/cementzand te zijn. Fynn zit helemaal onder en als het nat wordt (en dat wordt hij), wordt het keihard. Niet schoon te krijgen. Als klap op de vuurpijl gaan onze andere buren (Polen en Engelsen) die avond bij elkaar aan de borrel tot diep in de nacht. Wat zo mooi begon vanochtend eindigt in kleine mineur.
Nu dan toch eindelijk naar Dubrovnik. We moeten alleen dus wel dat gekke stukje door Bosnië en geven dus weer flink vaak onze paspoorten af. De route is schitterend, helemaal langs de kust. Voor de lunch hebben we een prachtig plekje aan het water in gedachten maar het blijkt privéterrein. Henk denkt, met Robyn op z’n arm, misschien nog iets te kunnen regelen maar de eigenaar is not amused. Of we niet kunnen lezen. Nou, nou, van die Kroatische gastvrijheid is weinig te merken hier. Wat een eikel! Dan maar een broodje op de bloedhete parkeerplaats boven aan de weg. Ook niet verkeerd.
In de middag rijden we de camperplaats op, iets buiten Dubrovnik. De tijd heeft hier duidelijk stil gestaan… Het is een veldje tussen de bomen dat inmiddels is opgeslokt door een luxe hotel ernaast en een spiksplinter nieuw en luxe winkelcentrum er tegenover. Iets verder in de straat nog een megagroot Sheraton hotel. En wij zitten naast een soort van oud boerderijtje midden in de grote drukke stad. Met even oud sanitair dat overigens wel redelijk schoon gehouden wordt. We douchen ouderwets achter een douchegordijntje, niks geen slot of gesloten deur. Gewoon een gordijntje dat tegen je kont waait. Heerlijk!
En wat doe je dan als het pas een uur of drie is en je naast een shopping center zit waarvan de deuren pas om 21:00 uur sluiten? Juist, shoppen! Fynn heeft er wel oren naar, die wil met mama shoppen in het winkelcentrum. Henk en Robyn gaan alvast bij het strand kijken.
Als ik bij de H&M voor sandaaltjes voor Robyn aan het kijken ben en me weer omdraai ben ik Fynn kwijt. Nergens. Lichte paniek. Ik wil ook niet gelijk heel de winkel op stelten zetten dus fluister een soort van: Fynn? Fyhynnn….? Niks. En dan zie ik ineens een speelgoedwinkel tegenover deze winkel. Natuurlijk, daar is ie heen. Dat kan haast niet anders. Ik wil net de sandaaltjes ergens in een rek moffelen en gauw de winkel uit naar de speelgoedwinkel rennen als hij (zich van geen kwaad bewust) naar buiten komt. Stuiter de stuiter. “Weet je wat ze daar allemaal hebben mama?” Ik heb flink wat lelijke woorden in m’n mond genomen, dat mag duidelijk zijn.
We zoeken Henk en Robyn nog maar even op op het strand. Nog even afkoelen, want wat is het weer warm. We zijn daar toch nog steeds niet aan gewend. Maar ook nu hebben we geen zwemspullen mee. Nou, dan gaan we toch gewoon in de onderbroek. Kan ons dat schelen. Henk en Fynn nemen nog een lekkere duik en dan slenteren we terug naar ons autokamp. Morgen gaan we Dubrovnik verkennen, per boot!
Overnachting: camping Matkovica, Srebrenoo (2 nachten)
Na Dubrovnik zeggen we Kroatië gedag en start ons avontuur in de bergen van Montenegro. Waar de temperatuur toch wel echt even anders is…
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Hey Nynke!
Heb weer even de laatste twee verhalen bijgelezen. Klinkt alsof Fynn het grootste avontuur is en tussendoor reizen jullie met een camper door Europa ;). Ik ben ruim 18 jaar geleden in Kroatië en bij Plitvice geweest, heb er goede herinneringen aan. De hitte kan inderdaad vermoeiend zijn, maar nu het hier in Buenos Aires 10 graden is en het regent ben ik toch jaloers! Ben benieuwd naar jullie volgende verhalen en ervaringen.
Veel plezier!
Ha Lineke! 10 graden hebben wij inmiddels ook gehad, nou ja 12 dan… Haha En Fynn blijft inderdaad ons grootste avontuur ja, dat heb je wel goed gezegd. 🙂 Verveelt nooit!