juli 24, 2023
De sneeuwtoppen zijn er ook deze week nog steeds. Van Grand Teton rijden we zo door naar de pruttelende geisers, kokende modderpoelen en stinkende eierlucht van Yellowstone. Yellowstone met kinderen is een absolute aanrader!
Week 12, stop de tijd! Het gaat echt veel te hard en we willen nog lang niet naar huis. Zoveel moois hier! We fantaseren hardop over hoe we dit gevoel van reizen nou kunnen vasthouden als we weer thuis zijn straks. Het gevoel van vrijheid, van avontuur, van nieuwe mensen leren kennen en nieuwe plekken ontdekken. We zijn er nog niet uit. Dat hoeft gelukkig ook niet, nog 7 weken te gaan…
Het is droog, maar daar is ook alles mee gezegd. De bergtoppen zijn gehuld in dikke wolken. Gauw op pad dus, dan wandelen we misschien nog in droog weer. Als we om 10 uur aankomen op de parkeerplaats bij Jenny Lake is het zoeken naar de laatste plekken. We hadden geen 10 minuten later moeten komen, hartstikke vol hier. We wandelen om het meer heen naar de andere kant. “Moeten jullie geen foto’s maken?” Vraagt Fynn na vijf minuten. Hij kent ons al aardig. Maar door die wolken ziet het er lang niet zo gezellig uit, we voelen zelfs een paar spatjes. En dan toch, als we bijna aan de overkant zijn, blauwe stukken. En later zelfs bloedje heet in de zon. Het weer hier is echt zo bizar, je kunt echt niks met de voorspellingen, je moet gewoon naar de lucht kijken. Zo deden ze dat tenslotte vroeger ook.
Stop 1: Hidden falls. Nou weinig verstopt aan, ze bulderen van tientallen meters naar beneden. En wat doe je als je als kind zulke watervallen ziet? Juist, dan glij je van een gladde boomstam af alsof het een glijbaan is. Gelukkig geen splinters aan over gehouden.
Stop 2: Inspiration point, een flinke klim de berg op. Om met tientallen andere wandelaars inspiratie op te doen op de top. Toegegeven: het uitzicht is prachtig. En als je iets verder doorloopt dan is het gelukkig iets minder druk en vinden we een prima plek voor een bammetje.
En hebben al deze mensen dan op eigen kracht om Jenny Lake heen gewandeld om vervolgens van dit uitzicht te genieten? Nee hoor, lang leve de shuttle boot. Voor $20,- (per persoon!) word je naar de overkant gevaren, oh en weer terug. Big business! Je winst? 3,7 kilometer one way. Robyn en ik pakken de boot terug, dan kost ie “nog maar” $12,-, want die kleine beentjes zijn na bijna 6 km wandelen best moe. We sluiten aan in de rij: 30 minuten wachttijd. Fynn en Henk hiken in dezelfde tijd terug om het meer heen terug. Nog geen vijf minuten na ons staan ook zij weer bij de camper. Bikkels!
En ondanks dat de lucht dreigender wordt rijden we toch nog even langs ‘Schwabacher landing’. Als we de camper parkeren horen we van andere wandelaars dat er vijf minuten geleden twee elanden gezien zijn, te laat. Balen! Maar dat hoort een beetje bij het spel, je moet op het juiste moment op de juiste plek zijn. Schwabacher landing is overigens niet de plek voor Moose, zoals een eland in het Engels heet, het is DE plek voor een schitterende reflectie van de Grand Tetons op het water. Maar dan moet er dus niet net een storm dreigen los te barsten… je kunt niet alles hebben hè?
‘s Avonds tikt de regen gezellig op ons camperdak. Als Robyn in bed ligt zegt ze: “ik vind het altijd zo fijn om naar regen te luisteren als je er zelf niet nat van wordt…” En zo vallen we in slaap.
Overnachting: Gros Ventre campground – Grand Teton National park
Als we ‘s morgens wakker worden ziet het er eigenlijk nog hetzelfde uit als toen we gisteravond naar bed gingen: grauw en grijs. Vast het perfecte weer voor het spotten van Moose, en dus rijden we in een slakkengangetje langs de rivier. Niks.
Waar we meer geluk mee hebben is met de blauwe lucht die zich steeds een beetje meer laat zien. Zo gaat het dus eigenlijk de laatste dagen: we starten met wolken, dan prachtig weer in de middag en we eindigen weer met wolken en soms zelfs een bui. We rijden door naar onze camping in het noorden van Grand Teton National park, Colterbay. Het is net een klein dorp hier, we verdwalen al op de parkeerplaats. Een wasserette, douches, een klein supermarktje, souvenirs, en uiteindelijk vinden we ook het bezoekerscentrum.
Het plan is om de Shore trail te lopen, een klein wandelingetje langs de oevers van Jackson lake. Gewoon omdat het zo’n lekker weer geworden is en we nog tijd zat hebben. Maar dan horen we van een ander gezin over beren die gezien zijn: eentje alleen en een met drie berenwelpjes. Dat willen we natuurlijk! Dus hup, de andere kant op.
Vlakbij het meer vragen we het even aan tegemoetkomende wandelaars, hij laat ons een foto zien van een beer bij het water. Tien minuten geleden gemaakt, dat moet goedkomen. “Keep your eyes on the water” zegt ie. Vol verwachting gaan we die kant op. Fynn onze held tussen Henk en mij in. Robyn voorop. Het is alleen niet helemaal onze dag geloof ik, de beer is al gevlogen als wij aankomen op de plek waar hij tien minuten eerder dus nog zat. Pech! Wel spannend idee dat er hier dus ergens een zwarte beer rondloopt en wij daar wandelen. We lopen nog iets verder door in de hoop toch nog iets te zien, maar vervolgens worden we vooral achtervolgd door donkere onweerswolken. Gauw terug!
Morgen een nieuwe dag. Maar Henk en ik lopen wel samen nog even naar het toiletgebouw voordat we gaan slapen, hij zal net uit het donkere bos komen…
Overnachting: Colterbay campground – Grand Teton National park
Goedemorgen! We zijn niet gegrepen door een beer. Veilig de nacht doorgekomen. We staan op met een telefoontje naar oma, want die is jarig vandaag. Het bereik is op dit plekje prima, dus we kunnen zelfs even FaceTimen.
We zwaaien Grand Teton uit en rijden zo Yellowstone National Park in. De verwachtingen zijn hoog, dit park hebben we al maanden op ons verlanglijstje staan. Het is het toetje van onze trip door Amerika. Zes nachten hebben we gereserveerd, de enige nachten die we in Nederland al hadden geboekt. En die zes nachten gaan we nodig hebben, het park heeft een oppervlakte van bijna 9000km2, zo groot als Corsica.
De eerste drie nachten slapen we in het westen, daarna nog drie in het zuiden. En aangezien we in het zuiden het park binnenkomen rijden we dus gauw langs het deel dat we over een paar dagen zullen verkennen. Waarom hebben we dat dan zo onlogisch geboekt? Nou, dit was het enige dat destijds nog beschikbaar was…
Old Faithful lijkt ons wel een mooie lunchstop, maar het blijkt een helse zoektocht naar een parkeerplek op deze immense parkeerplaats. Toch vinden we in een uiterste hoek nog een vrij plekje. Op ons gemakje een eitje bakken. En dan wandelen we naar de Old Faithful geiser, de oude getrouwe. Hij dankt z’n naam aan de regelmaat waarop z’n uitbarstingen te meten zijn. Iedere 60-90 min (kan 10 minuten meer of minder zijn) barst er een kokend hete straal water zo’n 55m de lucht in. Eerst nog even langs het junior ranger station waar rangers vol enthousiasme staan te vertellen over de beren in dit park. Super interessant!
En als we daarna dan eindelijk bij Old Faithful himself aankomen blijkt dat precies 10 minuten voor een volgende uitbarsting te zijn. Het staat er bommetje vol toeristen die hier allemaal geduldig op zitten te wachten, in een soort van halve cirkel om de geiser heen. Uiteindelijk laat the Old Faithful ons nog 20 minuten wachten en plaagt hij (of zij) ons eerst wat met voorweeën. Maar dan begint ie te pruttelen en spuit er wel vijf minuten lang een gigantische straal water omhoog. En toch, het geweld waar dat mee gepaard gaat valt me eerlijk gezegd wat tegen. Die in IJsland maakt ook nog eens een gigantisch kabaal. Deze niet. Na drie minuten druipen de eerste toeschouwers al af. De parkeerplaats loopt langzaam weer leeg.
We lopen nog een heel stuk door, langs het Upper Geyser Basin. Het is echt prachtig! De zon schijnt, om de zoveel meter pruttelt een geiser of dampt een warmwaterbron in de kleuren van de regenboog. Een heerlijke middag! Leuk weetje: Een kwart van alle geisers ter wereld is hier te vinden op een oppervlakte van 4 kilometer bij 1,5 kilometer.
Halverwege treffen we een stel, Alex en Marina. Robyn had het allang gehoord maar vraagt toch in haar beste Engels: “Where are you from?” Nou, toevallig: Nederland. Leuke mensen, dus wandelen we samen op. We krijgen nog een fijne wandeltip en de garantie op bizons. Nou ik ben benieuwd!
Nog geen half uur later is het al raak: we zien een groot mannetje met z’n gigantische kop heerlijk grazen van het malse gras, aan de overkant van de rivier. Wat een beesten zeg! Het laatste stukje moeten we Robyn even dragen, d’r beentjes doen het niet meer. Ook hier hebben we ons weer iets verkeken op de afstanden. Na het ijsje op de parkeerplaats, met dank Alex en Marina voor de kersen/ chocolade smaak, en een kijkje in hun camper (met Slide out) is het eindelijk tijd om onze camping eens op te zoeken. Het is al half 7… gauw een simpele noodle erin en slapen!
Overnachting: Madison campground – Yellowstone National park
Bewolkt, maar droog. Daar starten we de dag mee. Snel op pad is het plan. Maar eerst even een nachtje omboeken. Dat blijkt mogelijk maar een lange klus, we zijn zeker 20 minuten verder als alles geregeld is. Jenny van 80 wordt namelijk nog ingewerkt en is zeg maar niet de vlotste. 09:50 uur: “Today is full of new learning things..” Nou dat belooft wat, het is nog niet eens 10 uur. Maar geregeld: we hebben een nacht Grant Village gewisseld voor een in Canyon Village. Dan gaan we aan de noordkant Yellowstone weer uit.
Nou en dan kan de dag beginnen. Van Alex en Marina kregen we de tip: wandel de Fairy Falls trail en dan naar het uitzichtpunt over Grand Prismatic Spring. Zo gezegd zo gedaan. Je kunt vanaf twee punten deze wandeling starten. En omdat we eerst langs de parkeerplaats bij Fountain Flat drive komen lijkt dat de beste optie. Het blijkt echter nog een takken end (ruim 5 kilometer) over een vlak grindpad, dat zich ook leent als fietspad. Een klaaggezang van de kids tot gevolg. Gelukkig maakt het uitzicht inderdaad een hoop goed!
Henk biedt aan de camper op te halen en ons dan op te pikken bij de officiële parkeerplek. Deal! Wat we alleen niet weten is dat Henk met de camper in een Bizonjam belandt: een file door bizons op de weg. En het is toch ook verder door rijden dan ie dacht, dus hij was al een keer gedraaid en daarna weer in de parkeerfile beland. Kortom: als we waren gaan lopen waren we sneller geweest. Gauw in de camper om op te warmen! Het is hier aardig fris als de zon er niet is.
De tip is dus: start bij de officiële Fairy Falls Trailhead, dan is het slechts 1 mijl (1,6km).
We willen de Grand Prismatic natuurlijk ook nog even van dichtbij bekijken. Geluk bij een ongeluk van Henk z’n vertraging is dat de parkeerplaats net nog afgesloten was (omdat deze propvol was), en ze nu net de pionnen weer aan het weghalen zijn. Dus hup, die pakken we nog even mee. Maar wat een drukte! Nee, dan kan ie nog zo mooi zijn met z’n doorsnede van 75 meter en z’n mooie kleuren. Dit is echt te druk, de lol is eraf. In een grote file lopen we over het plankenpad langs deze warmwaterbron… Op zoek naar een hoek om je foto zo te maken dat er (bijna) geen andere toeristen op staan. Weg hier! Van boven is ie inderdaad veel mooier!
We zijn op tijd terug op de camping, want we hebben de kids een vuurtje belooft. De laatste XXL marshmallows gaan op een stok, te lekker! Het is goed dat we dit niet iedere dag doen… En dan besluit Fynn in een creatieve bui om een houtskooltekening te gaan maken, Robyn wil natuurlijk ook, alles zit onder de zwarte kool. Leuk is het wel! Net als de avond ervoor lopen Henk en de Fynn nog even naar de naastgelegen rivier op zoek naar wildlife. Maar meer dan herten of elk wordt er niet gespot.
Overnachting: Madison campground – Yellowstone National park
Vandaag rijden we een stukje het noorden in, op naar Norris. We parkeren de camper bij het Norris Geyser Basin, een verademing met de drukte van gister.
Hier geen mega spektakel wat geisers betreft, maar het is een leuk rondje over plankenpaadjes. Door dampende rotte eierlucht, hopend op een uitbarsting van een van de vele geisers. Sommige spuiten slechts om de paar dagen, andere soms maanden niet, of juist ieder kwartier. Het is een beetje geluk hebben en het lot laten bepalen, of super strak je route plannen. Sommige uitbarstingen zijn namelijk redelijk te voorspellen, maar de geisers kijken niet op het uur. Geduld dus!
Helaas achtervolgt niet alleen de rotte eierlucht ons, ook donkere wolken naderen snel. En het is fris, een graad of 10 schat ik. We zijn nog maar net terug bij de camper of een gigantische stortbui komt uit de lucht vallen. Het is echt zo’n tropische regenbui, daarna wordt het gelukkig al gauw weer blauw. Al blijven ze dreigen, die wolken.
Artist’s Paintpots is onze volgende stop, absoluut de moeite waard! We wandelen de 1,5 km langs rokende, spuwende of stille wateren, soms zelfs modder. Al doen een paar zonnestralen op al die warmwaterbronnen ook wel echt wat. Het is een compleet ander gezicht dan met die wolken van zojuist. We pakken na de lunch ook nog even de Gibbon Falls mee, meer dan 20 meter hoog en vooral breed. Onderaan de waterval het gevolg van dit woeste water: tal van dode bomen liggen midden in de rivier. Neergekwakt.
We willen ‘s middags ook nog wat boodschappen doen, even tanken en gas bijvullen. Dat doen we in West Yellowstone. Een stadje net buiten het park, scheelt flink ten opzichte van de General Store in het park. Maar halverwege stuiten we op een file auto’s… Een beer? Bizons? Wat zien deze mensen? Robyn zit bij mij voorin en zegt: “ik zie wel een hond mama. Kijk daar, z’n staart.” Het blijkt een wolf! Gaaf!
Nou dan eindelijk toch onze taken afgevinkt in West Yellowstone en terug het park in. En waarom zouden we eten op de camping als dat ook ergens op een plek langs een van de vele velden kan? Wie weet spotten we nog iets. We rijden terug naar waar vanmiddag de wolf zat. Een goede zet! De pasta zit net in de pan als ie zich opnieuw laat zien. Nu zijn we slechts met één andere auto. Hij steekt zelfs de weg over. En zo gauw als ie er was, zo snel is ie dan nu ook weer verdwenen. De kids hebben ondertussen een stroompje water langs de parkeerplek gevonden en spelen hier met blote voeten in. Hoe dan? Het is zo fris buiten. Het stroompje blijkt echter afkomstig van een of andere warmwaterbron en is heerlijk warm.
We speuren tijdens het eten gewoon door, maar zien slechts nog hertjes. Dus we besluiten toch nog iets door te rijden, even kijken wat we verder nog tegenkomen. We zien veel bizons, maar verder niks. I know, vreselijk verwend. Bizons zitten hier met honderden, knap als je die niet weet te zien tijdens je bezoek. We keren om en rijden terug naar de camping. En ja hoor, op de plek waar we een half uur eerder zaten te eten is een beer gespot! We zijn een van de eersten die aan komen rijden. Snel de camper veilig in de berm en even iets dichterbij kijken, het is echt machtig om te zien. Hij is druk aan het graven bij een boom en maakt nog even ruzie met meneer wolf. Fynn is door het dolle heen: “een beer! Ik heb gewoon een beer gezien!” En er nou niet over gaan dromen…
Overnachting: Madison campground – Yellowstone National park
Vandaag verkassen we van Madison campground naar Grant Village. Een andere hoek van het park verkennen, je rijdt dat niet even heen en weer. Onderweg genoeg te zien, dus we stoppen geregeld. Stop 1: Fountain Paint Pot, voor de roze modderpoel voor Robyn. Stiekem is er weinig roze aan, behalve de opgedroogde modder eromheen, die heeft wel iets rozigs. Ik geloof alleen niet dat Robyn erg onder de indruk was. Dat kan ook door de rotte eierlucht komen trouwens. Je ruikt het overal en hij gaat ook helemaal in je haar zitten. Dus als je dan onder de douche staat ruik je het nog…
De volgende stop is Biscuit basin, dat moet nog wel een mooie zijn. Alleen als de zon niet schijnt en je vooral donkere grijze wolken ziet, dan is het allemaal toch een beetje grauw en grijs. Zelfs wanneer de geisers en waterbronnen oranje, blauw, geel en groen zijn. We wandelen nog een stuk door, er is namelijk een soort van doorsteekje naar de Mystic Falls. Een klein smal wandelpad brengt je door bossen en langs velden naar de voet van de waterval. Ook hier komt gewoon nog kokend water uit de rotswanden, dus oppassen geblazen. Stiekem hopen we nog een Moose of een beer tegen te komen, maar dat geluk hebben we vandaag dan weer niet.
De laatste stop: Observation point bij het Upper Geyser Basin. Onderweg komen we nog een gigantische elk tegen, die op z’n gemakje z’n lunch ligt te herkauwen. En heel ver weg zien we een bizon beneden. Via de Solitary Geyser wandelen we terug naar beneden. Precies op tijd om de ‘Old Faithful’ nog een keer te zien uitbarsten.
En dan is het mooi geweest voor vandaag. We moeten nog een behoorlijk stuk naar Grant Village en de weg die we al eerder reden is op meerdere plekken opgebroken voor wegwerkzaamheden. Dat kan overigens ook geen kwaad, de wegen in het park zijn niet al te best. Het schiet in ieder geval voor geen meter op. Eenmaal op de camping hebben we ook nog een plek zo scheef… dan kun je een rotsblok onder je wiel leggen, maar zelfs dan was dit niet te corrigeren. We informeren even of we niet kunnen wisselen, gelukkig geen probleem. We krijgen een ander plekje toegewezen, die gelukkig iets rechter is.
Als het ‘s avonds droog is wandelen we nog een stukje langs het Yellowstone Lake: een gigantisch groot meer, het is zelfs het grootste bergmeer van heel Noord-Amerika. Het meer vult een vulkanische krater, zoals alles hier in Yellowstone eigenlijk wel iets vulkanisch heeft. Het strandje waar Fynn en Robyn blijven hangen is dan dus ook van zwart zand. Ze zijn druk aan het grachten graven, handen in het koude water. En Henk en ik staan te koukleumen. Ze zijn not amused als we na 20 minuten toch echt wel weer terug naar de camper willen. Opwarmen! We beloven morgen nog even terug te gaan. Als het droog is…
Overnachting: Grant Village – Yellowstone National Park
Nou dat hadden we beter niet kunnen zeggen. Regen regen regen. En Vaderdag. Een fijne combo. Ook op Moederdag stonden we op met regen. Wat hebben we verkeerd gedaan? Een rustige start dus, je gaat voor je lol met dit weer geen wandeling maken. Henk wordt aan het werk gezet, hij krijgt namelijk een eigen gemaakte ‘schilderen op nummer’, van zowel Fynn en Robyn. Wat wil je nog meer? Oh ja, chocolade!
We besluiten eerst even naar het WiFi punt te rijden om ook onze vaders een fijne Vaderdag te wensen. Ons Amerikaans nummer heeft namelijk echt nul bereik hier. En ook gelijk maar de Junior Ranger boekjes in leveren bij het Visitor center. Deze ranger maakt er zelfs een algemene plechtigheid van: “attention everybody in the visitor center, today we welcome two new Junior rangers: Fynn and Robyn”. Groots applaus volgt. En een “Aah” als Robyn vol trots haar badge in ontvangst neemt met een “thank you!”.
Dan door naar de General Store voor koffie! Kids een ijsje, nou ja ijsje.. we zijn in Amerika hè? Zeg dus gerust IJS. Ze hoeven in ieder geval niet meer te lunchen. We slaan ook gelijk aan het shoppen, alle drie hebben ze nu een Yellowstone T-shirt, in combinatie met de Las Vegas en de Death Valley pet kunnen we dan lekker de toerist uithangen. 😉 En stiekem hopen we dat het daarna is opgeklaard, maar het regent nog steeds. We troosten onszelf met het idee dat we dan tenminste nog een camper hebben. Onderweg treffen we ook mensen op de fiets, of met een tentje of de combinatie van die twee… arme!
Laten we er maar een Wildlife drive van maken. De score aan het eind van de middag: Bizons, Elk en een glimp van een beer. Geen slechte score al zeg ik het zelf. Het is zelfs nog even een uurtje droog als we bij Mud Vulcano zijn. Al is deze stop met modderpoelen en geisers toch iets minder indrukwekkend dan wat we al gezien hebben.
Overnachting: Grant Village – Yellowstone National Park
Volgende week de laatste dagen in Yellowstone en dan reizen we langzaamaan naar de grens met Canada.
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Reacties: