augustus 17, 2016
Het is de week van de watervallen. Wat hebben we er een hoop gezien en vervelen doen ze nog steeds niet. Een korte of iets langere wandeling wordt steevast beloond met heel veel water! En het is de week van sneeuwbergen in Whistler en die van autopech… Ja dat helaas ook.
Het bedje in de kelder bij opa en oma sliep heerlijk. We doen lekker rustig aan vanochtend en na het ontbijten hangen we nog lekker een tijdje in de gigantische tuin. In de zon met een bakkie kletsen we met de ervaren oudjes. Fynn vermaakt zich nog steeds met al het speelgoed van de kleinkinderen. Eind van de ochtend rijden we via een mooi strandje naar Soames Hill. De plaatselijke heuvel in Gibsons vanwaar je een super mooi uitzicht hebt over de baai en bergen eromheen. En dan is het bye bye sunshine coast, op naar Vancouver, opnieuw met de ferry.
Deze maandagmiddag is het erg druk bij de veerboot maar we kunnen nog net mee met de boot van drie uur. Fynn loopt inmiddels standaard naar de “speelhoek” op de boot. En wij genieten op het dek van het uitzicht. Een uur later rijden we de boot af en vervolgen we onze weg naar het skioord Whistler, bekend van de Olympische Spelen in 2010. De weg ernaartoe is opnieuw een van de mooiere die we gereden hebben. De ‘Sea to Sky Highway’ slingert ons langs de kust de bergen in. Onderweg watervallen, mooie vergezichten en sneeuwtoppen. En een haperende auto. Onze gaspedaal doet het ineens niet meer, midden op de highway. We hebben zo’n luxe, nieuwe bak en nu dit.
Henk druk de startknop een keer aan en uit en dan doet ie het ineens weer. Geen idee wat het was maar we rijden weer. Bij Shannon Falls moeten we echt even stoppen. Fynn slaapt inmiddels dus ombeurten lopen we naar het viewpoint. Wat een gigantische waterval is dit zeg. Dat belooft nog wat voor Whistler en omgeving. Zeker als we ook weer zon en blauwe luchten hebben, want nu is het bewolkt en regen hangt in de lucht. Begin van de avond arriveren we in ons enigszins gedateerde appartement in hartje Whistler, maar wel met keuken, balkon en open haard. Gezellig!
Waar we al bang voor waren wordt waarheid. Regen! Tussen de buien door rijden we naar een aantal watervallen in de buurt van Whistler. Voordeel van al dat water is dat de watervallen op z’n best zijn. We bezoeken achtereenvolgens de Brandywine en de Alexander Falls. We hebben inmiddels al aardig wat watervallen gezien maar deze twee zijn ook weer verrassend mooi en anders. En we gaan op berenjacht, want die komen hier (als we de waarschuwingsborden moeten geloven) ook volop voor.
Heel ver komen we echter niet, want de auto hapert opnieuw. Tot driemaal toe. En weer op de snelweg. Dit wordt wel erg gevaarlijk dus na de laatste keer rijden we naar de eerste de beste garage in Whistler. Dat lukt nog net. De monteur constateert een elektronisch probleem met de motor. Dat is het nadeel van die luxe auto’s vol elektronica. Als er iets mankeert moet het hele systeem gereset worden. Hij stuurt ons door naar een grotere garage verderop die ook onderdelen heeft. Nu maar eens kijken hoe het met de service van Sunny Cars is gesteld.
We bellen vanuit de garage de road assistance van Alamo (partner van Sunny Cars) en worden keurig geholpen. Enige oplossing is de auto wegslepen en er zal een nieuwe auto vanuit Vancouver gebracht worden. Als het goed is dezelfde middag nog. Dat wordt dan waarschijnlijk wel een kleinere auto want we hadden natuurlijk een upgrade. Jammer.
Henk geeft zijn naam en het adres door waar we slapen en daar zal dan over een uur of drie de ruil plaatsvinden. Dat laatste zorgt nog voor de nodige problemen. Want we hebben geen eigen adres dus geven we het adres op van de gemeenschappelijke receptie die alle appartementen beheert. Daar wordt even later contact opgenomen om nog een en ander met ‘Henk Bouw’ af te stemmen over de overdracht. Maar als ze bellen met de receptie geeft de lieftallige receptioniste aan dat er helemaal geen Henk Bouw bij haar verblijft.
Dat vertelt ze Henk dood leuk als hij, nadat we met de pechauto ook nog ons hotel hebben bereikt, wil melden dat er over een paar uur een sleepbedrijf op de stoep zal staan voor ons. De boeking staat op naam van Nynke Oosterman en dus kent zij geen Henk Bouw. Logisch. Verwarring alom. Hadden we toch maar moeten trouwen… We zijn bang dat de hele omruilactie nu wordt gecanceld. Dus belt Henk vanuit de hotelkamer nogmaals met Alamo om te checken of het allemaal doorgaat en alles nu duidelijk is voor alle partijen. Dat is het geval maar nu is het tijdstip van omruilen ineens eind van de avond of misschien wel morgen. Hmmmm. Ondertussen halen we hele auto leeg want die ziet er na twee weken uit als een zwijnenstal, overal ligt wat.
Uiteindelijk om een uur of tien ’s avonds komt het verlossende telefoontje. Het sleepbedrijf is gearriveerd en neemt onze pechauto mee. En wat denk je. Precies dezelfde auto krijgen we terug, zelfs de kleur is hetzelfde. De tank weer vol en de auto helemaal schoon. Dat is een mooie meevaller. Eind goed, al goed.
Opnieuw een bewolkte dag. De voorspelling voor vanmiddag is beter en dus struinen we begin van de middag door het gezellige centrum van Whistler richting de Peak to Peak gondola. Deze gondels tussen de twee hoogste pieken van Whistler is een must. Maar dan moet het wel mooi weer zijn want anders zweef je tussen de wolken en zie je niks. En dan is 51 dollar best een hoop geld. Als we arriveren bij het ticketcenter is het nog steeds bewolkt. Wat doen we? De gondel sluit om 5 uur al dus we besluiten vandaag niet omhoog te gaan. Voor morgen zijn de voorspellingen beter dus we gokken op morgen. We halen alvast het ticket voor morgen, dan hebben we die maar vast en hoeven we niet weer in de rij.
En vanmiddag dan? We besluiten een korte wandeling te maken, gewoon door het dal. De 50 dollar betaal je namelijk niet alleen voor de Peak to Peak, maar je betaalt voor een dagpas voor alle gondels. Inclusief de grote attractie Peak to Peak. We wandelen vanuit het dorp helemaal langs de rivier tot aan Green Lake. Je kunt er helemaal omheen lopen en er is een klein strandje met een groot grasveld. Perfect voor vanmiddag. Gelukkig houden we het droog.
Eenmaal terug in Whistler zelf, bij het Olympic Plaza, is aan de kleintjes gedacht. Een grote speeltuin waar Fynn zich uitstekend vermaakt. Het is er onwijs druk met alle kids die hun energie nog even kwijt moeten nu het droog is. Maar ook de ouders worden niet vergeten getuige de koffietentjes eromheen. Papa en mama trakteren zichzelf op koffie met wat lekkers. Iedereen weer tevreden.
Vandaag is Henk jarig en dat vieren we eerst op de hotelkamer met slingers en ballonnen. En Fynn en ik zingen natuurlijk uit volle borst ‘Happy Birthday’. Het is ook niet niks, 40 jaar. Een mijlpaal! Dan snel inpakken, want om 10 uur moeten we al uitchecken. Mooi op tijd dus om de sneeuwtoppen op te zoeken. Gelukkig begint het al aardig open te breken. Het kan wel eens een mooie dag worden. En dat denken meer mensen. Er staat een lange rij, maar we zijn toch snel aan de beurt. Met de eerste lift gaan we omhoog naar het skigebied waar Nicolien Sauerbreij snowboardgoud won tijdens de Olympische Spelen. We poseren op het ereschavot voor de Olympische ringen. Omringd door de laatste wolken die op het punt staan te vertrekken.
Toepasselijk nu de Spelen van Rio bijna beginnen. De Peak to Peak gondel verbindt twee bergtoppen met elkaar, maar op beide zijn mooie wandelingen. Eigenlijk willen we naar het hoogste punt dat per stoeltjeslift te bereiken is, Top of the world op 2.182 meter, maar Fynn is een paar centimeter te klein. Kids moeten een meter zijn om veilig in de stoeltjeslift te mogen. En dat is hij nog net niet. Helaas. Dan toch maar gelijk met de peak-to-peak gondel naar de overkant, 4,4 kilometer. Tussen de gewone gondels hangen er ook een paar met glasbodem. Dat willen we natuurlijk.
Net als de rest van de wachtende mensen. Als we aan de beurt zijn blijkt een glazen bodem een beetje overdreven. Het is een raam van zo’n anderhalve meter groot, maar toch. Je krijgt een goed beeld van hoe hoog we zijn: 436 meter boven de grond. Omdat het inmiddels zonnig en blauw is, is het uitzicht perfect.
Aan de andere kant maken we vervolgens een mooie hike door de bergen, Alpen-achtig inclusief meneer Marmot en kleurrijke Alpenbloemen. Natuurlijk zijn ook de boterhammetjes weer mee, we lunchen onderweg op een grote rots met een super uitzicht. En, eindelijk kunnen we de sneeuw aanraken. Pret in de sneeuw, in korte broek! Als we om een uur of vier weer beneden zijn en we een mega ijsje bij Cows hebben gehaald (aanrader!) komt de grote verrassing. Ik heb een leuk guesthouse geboekt op een mooie plek die bekend staat om de smaakvolle en uitgebreide ontbijtjes, iets waar Henk altijd heel blij van wordt. Het is alleen nog wel 4 uur rijden, 4,5 blijkt onderweg. Dat wordt dus een latertje vandaag.
Onderweg willen we ook nog even een hapje eten maar een leuk restaurantje langs de weg blijkt teveel gevraagd. In het enige grotere plaatsje dat we passeren hebben ze wel een drive-thru. Niet echt gezellig, maar het is al 8 uur en we moeten nog even, dus we gaan voor de snelle hap. We spreken wel af dat we dit morgen uitgebreid goedmaken. En dan snel naar ons guesthouse. Gelukkig kunnen we tot half 10 inchecken. De eigenaresse belt ons even na negenen om te vragen of we nog wel komen. Nog een kwartiertje schatten we in.
Het is al bijna donker dus we kunnen de borden langs de weg niet goed lezen. En de navigatie kent het adres in het plaatsje Lac la Hache niet. Wat we wel weten is dat het guesthouse uitkijkt op het gelijknamige meer. Probleem alleen is dat het meer gigantisch is. Na drie keer heen en weer gereden te zijn rijden we net na half tien de oprit van Cariboo Log Guesthouse op. Ik heb van te voren gemaild met de eigenaar en gevraagd of het mogelijk is een verjaardagstaart te regelen en wat koude biertjes. Een onwijs lekkere chocolade kokostaart staat klaar en de biertjes zijn koud. Proost, op Henk zijn veertigste!
Na de megadrukke dag van gisteren doen we vandaag rustig aan. We ontbijten uitgebreid en lang en de recensies kloppen. Wat een heerlijk ontbijt! Ook de verjaardagstaart komt weer uit de koelkast en met de Zwitserse gasten van het hotel en de eigenaren maken we de taart op. Fynn doet ook maar weer eens een normaal middagslaapje. Dat vindt ie stiekem toch nog wel heel lekker. Wij vinden het aan de andere kant wel fijn als hij overdag wakker blijft. Dan is hij ’s avonds namelijk vroeg vertrokken en hebben wij nog wat aan onze avond.
Na de powernap relaxen we bij het meer waar we al een dag op uitkijken. Het Lac la Hache Provincial Park is zeg maar het Henschotermeer maar dan tig keer zo groot. Toch zijn er op een mooie dag als vandaag maar een handjevol mensen. Geeft maar weer eens aan hoe groot en verlaten Canada eigenlijk is. Op minder bekende (maar niet minder mooie) plekken is het eigenlijk altijd erg rustig. ’s Avonds eten we heerlijk bij een lokaal restaurantje. Hier is het wel volle bak en wij snappen na het eten waarom. De curry was heerlijk en we zitten lekker buiten op het terras, aan het meer, met een ondergaand zonnetje op de achtergrond. En Fynn doet na afloop lekker gek met de twee dochters van de Zwitsers die hier toevallig ook zijn beland. Heerlijk dagje zo.
Aan alles komt een eind dus ook aan ons heerlijke verblijf in ons houten huisje. We zeggen de Zwitsers en Duitse eigenaren gedag en vertrekken richting Clearwater, de grootste plaats in de buurt van Wells Gray Provincial Park. Dit park waar je goed kan hiken is vooral bekend vanwege de vele spectaculaire watervallen. Voor we naar ons volgende verblijf rijden bezoeken we alvast twee watervallen.
Eén ervan, Moul Falls, bereiken we na zo’n kleine 4 kilometer afdalen. Het leuke van de waterval is dat je eronder door kunt lopen. Dat doen we natuurlijk met een nat pak tot gevolg. Geen probleem want in de zon zijn we snel weer opgedroogd. De weg terug is een pittige klim met hier en daar wat klauterwerk omdat een boom het pad verspert. Fynn veilig op de rug. De andere waterval, Spahats Falls, ligt praktisch aan de doorgaande weg dus die pakken we gelijk even mee.
En dan op zoek naar onze B&B. We hebben weer een uniek plekje gevonden. ‘Serenity on the river‘, in het plaatsje Vavenby, net buiten Clearwater. Een onverharde weg brengt ons bij een schattige cottage naast een woonhuis/boerderij. Eromheen een groot stuk land met (200!) kippen, honden en katten. Op de deur een briefje: Welcome Henk Bouw. Het is echt een mooi en rustig plekje aan de rivier in de vallei. De schoonheid ontgaat Fynn volledig. Het enige dat Fynn interesseert als we weer verhuizen: Is er ook speelgoed bij het nieuwe huisje?
Je zou het bijna een obsessie kunnen noemen. Het eerste wat hij doet als we ergens arriveren is de plek scannen. Op speelgoed. En hij heeft weer eens geluk. ‘Oma’ die het huisje verhuurt heeft een aardige verzameling trapauto’s, skelters en wat kleine auto’s. En er is een miniwatervalletje met een bruggetje eroverheen. Aan Fynn hebben we voorlopig geen kind. Na alle verjaardagstaart, uitgebreide ontbijtjes en diners doen we vandaag een balansdagje. Degene die ons volgen weten wat dat betekent: noodles op de kamer.
We worden wakker van de hanen. We hebben gelijk een flashback naar Indonesië. Daar werden we dagelijks gewekt door één van de vele hanen die daar overal rondscharrelden. Om half negen staat er een dienblad met vers gebakken muffins, huisgemaakte muesli en yoghurt en verse koffie op het tafeltje voor de deur. Goh, wat een vervelend ontbijt. Jammer genoeg had onze B&B maar plek voor een nacht. Niet getreurd. Ons volgende verblijf is vast ook mooi, want het ligt in het Wells Gray park. We rijden eind van de ochtend het park in om eerst nog wat mooie plekjes op te zoeken.
Eerst naar het verste punt, naar Bailey’s Chute. Hier maken we een lange wandeling (bijna 4 uur) langs de wilde Clearwater rivier met een aantal ruige watervallen. Ik zie zelfs nog een zalm tegen de stroom opspringen. Respect voor die beesten hoor, weet ik het hoeveel kilometer tegen de stroom in, watervallen trotseren, om daar in rustiger water je eitjes te leggen en vervolgens dood te gaan. En we lopen om West Lake heen, een spiegelglad meer vol (kleine) kikkers.
Op de weg terug pakken we de twee bekendste watervallen mee: Helmcken Falls en Dawson Falls. Beide zijn door de korte wandeling er naar toe erg kindvriendelijk. Als we bij de laatste zijn begint het flink te onweren. Dat zat er al een tijdje aan te komen. Fynn schrikt zo van een harde donderslag dat hij hard moet huilen. We rennen terug naar de auto en zijn net op tijd voor de enorme plensbui. En dan op naar onze slaapplek voor vanavond. Half Moon Guesthouse, klinkt goed toch. Als we aankomen is de uitbaatster niet aanwezig. Er ligt een brief voor ons klaar met instructies.
De andere gasten zijn een Belgisch gezin met drie dochters. In de gezamenlijke keuken maken we pasta, net als de Belgen. Gezellig met z’n achten aan een 6-persoonstafel eten we onze pasta. Fynn heeft weinig geduld, want ook hier heeft Fynn weer een lading nieuwe auto’s gevonden. Lucky bastard. Het regent nog steeds en dan is het gelijk koud, nog geen 15 graden. Dus we duiken lekker op tijd ons bed in. Morgen vertrekken we richting de Canadian Rockies, Jasper en Banff National Park. Het hoogtepunt van elke Canada-trip. Om te beginnen naar Mount Robson, met bijna 4000 meter letterlijk het hoogste punt van de Rockies. We zijn benieuwd…
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Gaaf!!!!
Zeker!!!! 🙂