mei 19, 2016
Voor het eerst is het niet gelukt het reisverslag op maandag online te krijgen… Dat alles vanwege de oversteek naar Flores. Die stond deze week centraal. We zijn verliefd! Na bijna 8 weken in Indonesië kunnen we zeggen dat we Flores toch het meest puur en indrukwekkend vinden. En we beleven hier ook enkele spannende uren op het water, op weg naar Komodo National Park met kinderen. We hebben een flink aantal dagen geen wifi, soms zelfs helemaal geen telefoonsignaal. De stroom valt meerdere keren per dag uit. Engels spreken ze er bijna niet. Maar wat is het hier mooi!
Vandaag is de hysterie rondom de crematie van het koningslid weer voorbij, de straten zijn weer begaanbaar en dus kunnen we op pad. Via het wasvrouwtje bij ons in de straat, die ook onze was gedaan heeft en ons uitje rondom Ubud heeft georganiseerd boeken we ook de transfer vanuit Ubud. Ze is veruit de goedkoopste. Voor 60.000 rupiah (4 euro) per persoon worden we naar Sanur gebracht. De chauffeur rijdt zelfs nog iets verder door om ons bijna voor de deur van ons nieuwe ‘huisje’ af te zetten. We slapen in een homestay maar zo is dit eigenlijk al niet meer te noemen. Het is gewoon een hotel met veel kamers die er keurig uitzien. Met zwembad en al.
Sanur is rustiger dan Kuta, dat is vast ook de reden dat hier zoveel gezinnen zijn. Niet eerder zijn we op Bali zoveel gezinnen tegen gekomen als hier. En senioren, die hier de laatste weken van hun overwinterperiode doorbrengen. De boulevard die helemaal langs het strand loopt brengt je gemakkelijk langs strandtentjes en hotels. Boulevard is trouwens een groot woord. Het is een pad wat zowel door fietsers als voetgangers te gebruiken is. Iets verder landinwaarts liggen de straten met talloze restaurants, en winkeltjes. Keuze genoeg dus voor vanavond; pizza, pasta, Indonesisch…
Met zoveel gezinnen kan het haast niet anders dan dat hier fietsen met een kinderzitje te huur zijn. Je moet even zoeken, maar dan heb je ze gevonden. De schade? 30.000 rupiah (2 euro) per fiets voor de hele dag. En dan nog twijfelen we of we niet aan zes uurtjes ook genoeg hebben. We besparen dan maar liefst 10.000 rupiah, zo’n 65 eurocent. Je ziet dat we al aardig ingeburgerd zijn… Toch gaan we uiteindelijk voor de hele dag. De boulevard alias het fietspad brengt ons naar de fijnste plek. We vinden een echt koffiebarretje met de lekkerste taartjes. Onze plek voor de ochtend.
De zee trekt zich ’s middags helemaal terug, bootjes komen droog te liggen en de golfslag is zeker 100 meter verder op zee. Tijd om Fynn in bed te gooien. Ik zelf stap nog een keer op de fiets om mijn collega’s van de lokale partner te bezoeken. Leuk om ook hun kantoor eens te zien en even wat te drinken samen. ’s Avonds eten we bij een lokale warung die er gezellig uitziet en helemaal vol zit. Ze hebben vast goed eten. Dat valt een beetje tegen en de service is ook niet je van het. Een simpel boterhammetje voor Fynn is niet mogelijk. Hij moet weer aan de veel te vette friet.
Extreem vroeg hoeven we niet op, maar vliegen brengt toch altijd een beetje spanning met zich mee. Tassen moeten we weer herschikken, want vloeistoffen en ons inmiddels zo geliefde zakmesje moeten in de backpack. De vlucht met een propellorvliegtuig van Garuda is echt wow! Het is kraakhelder en de vlucht is één lange ‘scenic flight’. Vanaf Bali passeren we een rij aan vulkanen, die vanuit de lucht natuurlijk nog beter te zien zijn. En verschillende eilandjes, met de bekende blauwe kringen eromheen. Anderhalf uur later zetten we voet op de kleine luchthaven van Flores.
In nog geen vijf minuten worden we naar onze accommodatie in Labuan Bajo gebracht, in de heuvels net buiten het centrum. In de verte kunnen we de zee zien liggen. ’s Avonds wandelen we gemakkelijk naar beneden, een kijkje in de haven die afgelopen jaren behoorlijk gegroeid is. Henk heeft ’s middags al wat vooronderzoek gedaan en weet inmiddels precies wat de verschillende tourtjes naar Komodo eiland kosten. Dat hebben we hier ter plaatse dus zo geregeld. Uiteindelijk boeken we het via ons hotelletje, CF Komodo, die toevallig ook een boekingskantoor met dezelfde naam hebben. Voor IDR 300.000 per persoon, Fynn weer voor niks, boeken we een dagtour naar Rinca.
Tijdens onze speurtocht op internet naar een boottour naar de Komodo-eilanden stuiten we via TripAdvisor op een aantal horrorverhalen over zinkende bootjes die tijdens slecht weer op zee vergingen. We willen dus wel een betrouwbare tour boeken met een veilig bootje. Aan de andere kant, het regenseizoen is voorbij, de zon schijnt en de zee oogt rustig.
Vandaag gaan we de komodovaraan, hier de komododragon genoemd, spotten op Rinca. Het is één van de twee eilanden waar deze reuzevaraan voorkomt en onderdeel van Komodo national park. Rinca ligt het dichtstbij vanuit de haven en dit kan je prima met een dagtrip doen waarbij je op de terugweg nog voldoende tijd hebt om te snorkelen bij één van de bountyeilandjes die je onderweg tegenkomt. We maken de trip in een smal, langgerekt houten bootje samen met een Indonesisch stel, net getrouwd en dit is hun honeymoon. Ze spreken goed Engels, zelfs een paar woorden Nederlands, dus we kunnen gezellig met ze kletsen.
Voor we het doorhebben bereiken we Rinca-eiland, onderdeel van Komodo National Park. Na het betalen van vijf verschillende entreegelden (!) mogen we naar binnen, met gids. Het spotten van de komodovaraan is precies zoals iemand op Tripadvisor schreef. “Leuk om te zien in het wild, maar het wow-moment ontbreekt”. Dat komt ook omdat de varanen die we zien, een stuk of tien, vooral bij de ingang liggen. Ze komen op de geur vanuit de keuken af. Maar ze worden niet gevoerd wordt ons verzekerd. Ja ja… Tijdens onze hike van een uur zien we nog één varaan die ligt te relaxen in een modderpoel maar omdat we er bij de entree al zoveel hebben gezien is dit niet het gehoopte wow-moment. Al met al een indrukwekkend beest maar het spotten valt toch ietwat tegen.
Nu lekker snorkelen. Alleen zien we in de verte al donkere wolken opdoemen en het rommelt. Het zal toch niet hè… We besluiten veiligheidshalve niet verder te varen maar om te keren en op een andere plek te gaan snorkelen. Henk ligt nog niet in het water of een hevig onweer barst los, gepaard met regen en zware windstoten. We haasten ons naar de boot die gelukkig voor anker ligt op het snorkeleilandje. We proberen de boot wind- en waterdicht te maken maar dat is geen doen. De regen waait er aan alle kanten langs. Drijfnat worden we terwijl we schuilen in de boot die op de golven danst. De bemanning, twee man sterk, duikt met kleren en al het water in om de boot op z’n plek te houden en verschuift de ankers een paar keer anders waaien we tegen een bootje naast ons aan. Spannende momenten…
Het onweer waait gelukkig over en we varen verder maar niet nadat de boot goed leeggeschept is. Er lag behoorlijk veel water onderin de boot. Ook de tweede snorkelstop wordt onderbroken door een felle regenbui maar dit keer gelukkig geen onweer en windstoten dus we varen snel verder. We vervolgen onze tocht veilig en zijn blij als we de haven van Labuan Bajo invaren. En Fynn, die heeft het allemaal niet zo meegekregen. Hij is lekker verwend met koek en snoep door het Indonesische stel. En op het spannendste moment kruipt ie dicht tegen mama aan.
Mijn collega’s in Sanur adviseerden te reizen met een auto met chauffeur, maar we nemen de gok. Ze adviseren eigelijk altijd de makkelijkste en voor ons te dure weg. Hier moeten mensen toch ook van A naar B, er rijdt vast wel meer dan auto’s met chauffeur. En dat blijkt te kloppen. Heel veel zelfs. Trucks, minibussen, bemo’s en MPV’s. Alles waar veel mensen in kunnen wordt gebruikt voor transport van A naar B. Elke stoel wordt gebruikt, soms zelfs dubbel. Wij kiezen de toch iets meer comfortabele optie.
Via ons guesthouse boeken we een luxe minibus met airco. Deze Gunung Mas executive rijdt over heel Flores, dus dat komt vast goed. Ze brengen ons voor omgerekend 15 euro in bijna vier uur naar Ruteng, onze volgende stop. De route slingert over bergweggetjes, steeds een beetje hoger. Een tabletje tegen wagenziekte zorgt ervoor dat Fynn de eerste twee uur bij mij op schoot slaapt. Kilometers maken op deze manier, heel fijn!
We hebben uit de Duitse lonely planet alleen een naam van een hotel, geen boeking. Het hotel ligt vlakbij het busstation, dus rijdt onze minibus gewoon even de parkeerplaats op, worden onze tassen uitgeladen en niet veel later uitgezwaaid. Daar staan we dan. Het regent. Ruteng is weer een stuk hoger gelegen en dus fris. Het doet ons een beetje denken aan Java de eerste dagen. Tegenvallend weer en tegenvallende accommodatie. Er is nog plek in het Sindha hotel, in een standaard kamer. Simpele basic kamers, geen airco (ook niet nodig), vochtige bedden en badkamer, zonder douche, maar met warmwater en een teiltje en gratis schimmelvlekken. Oh, en een huiskakkerlak. Hier moeten we het twee nachten mee doen. En als de stroom niet uitvalt hebben we ook Wifi, nou ja, geen hele stabiele verbinding.
Fynn vindt het allemaal prima. Hij vermaakt zich met z’n nieuwe auto’s (cadeautje van papa) en baddert lekker in de soort van lavet. In het ongezellige hotelrestaurant nuttigen we het diner. Het past helemaal in het plaatje. Morgen weer lekker op pad.
De nachtportier van het hotel is vroeger gids in de omgeving geweest en hij weet ons precies te vertellen wat wel en niet de moeite waard is. Hij heeft zelf ook kinderen, dus snapt ons ook helemaal als we ’s middag graag weer op tijd terug zijn zodat Fynn nog wat kan slapen. En dus stapt hij na zijn nachtdienst bij ons en een chauffeur in de auto en rijdt ons rond in de omgeving. Ik hou er van wanneer dingen allemaal zo op z’n plaats vallen. Hoezo van te voren regelen? Er is altijd wel iemand met een broer of een neef of daar weer een broer van die wat kan regelen.
We stoppen bij rijstvelden in de vorm van een spinnenweb. Deze komen alleen hier op Flores voor. Het gevolg van een manier van land verdelen die jaren geleden heel gebruikelijk was hier op Flores, verdeling gaat op basis van de ruimte tussen de vingers… De stipjes beneden zijn druk met de oogst.
We rijden verder naar een punt waar je het beste uitzicht over de omgeving hebt. Hier is juist een katholieke mis bezig voor de kinderen. Met gezang op de achtergrond schieten wij mooie plaatjes. We vervolgen onze tour over slechte paadjes met gaten naar een verlaten grot in de buurt. In deze grot zijn in 2003 de resten gevonden van een uitgestorven mensensoort, de homo floresiensis. Mensjes die leefden tot zo’n 50.000 jaar geleden (!), ruim een meter lang, met ‘hobbit’ als bijnaam. Acht skeletten, waarvan slechts één met schedel, zijn ontdekt in deze grot die voor ons verder oersaai is maar destijds wereldnieuws was voor wetenschappers.
Onderweg en in het dorpje bij deze grot is Fynn voor veel dorpelingen het hoogtepunt van de dag. Zo’n klein blond ventje lijken ze hier in de afgelegen dorpen niet eerder gezien te hebben. Fynn hangt uit het raam en zwaait z’n armen lam en geniet volop van alle kindertjes die hem toeschreeuwen. Eenmaal thuis in Ruteng valt ie als een blok in slaap. We sluiten de dag af met een noedeltje op onze kamer want de regen en het stadje zelf nodigen niet uit tot gezellig uit eten gaan. Morgen gaan we gelukkig weer verder.
We gaan weer door. Met gierende banden. 😉 Van het sfeerloze Ruteng naar ons guesthouse Leko Lembo in de buurt van Aimere. Via Tripadvisor hebben we dit schattige guesthouse gevonden en via booking.com boeken we voor twee nachten. En het wordt gerund door een Nederlandse dame, Jeanette, met wie we via Whatsapp contact hebben over de manier om er te komen. Het ligt namelijk wat afgelegen van de hoofdweg naar Bajawa dus ze legt ons de route uit. En ze vraagt meteen of we vanavond mee willen eten. Klinkt goed!
Onze vriendelijke medewerker van ons hotel in Ruteng regelt voor ons voor weinig het vervoer, een luxe MPV. Klinkt te mooi om waar te zijn. En dat is het ook, we zijn namelijk niet de enige inzittenden. We proppen ons uiteindelijk met acht personen en veel te veel bagage in deze 7-zitter. Dat komt ook door de grote subwoofer achterin de auto. Onderweg schalt de muziek uit de boxen (De Portugese versie van Susanne) en roken de medepassagiers er lustig op los. En de chauffeur doet lekker rustig aan. Op z’n dooie akkertje loodst hij ons de bergen door, pfff.
Vier uur later, het is inmiddels al pikkedonker want de stroom is weer eens uitgevallen, bereiken we ons guesthouse. De chauffeur levert ons als extra service wel direct bij ons guesthouse af, dat dan weer wel. We horen alleen de golven, verder zien we niets. Waar zijn we beland? Jeanette wacht ons op met een grote bouwlamp, het enige licht. Wel heeft ze eerder voor ons een heerlijke maaltijd gekookt. Pompoensoep (net als van oma) en nasi goreng met verse groente en tempé. Smullen! We duiken daarna gelijk ons bed in, snikheet want ook de ventilator werkt niet. Morgen in het licht maar eens kijken op wat voor mooi plekje we nu weer terecht gekomen zijn.
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Herkenbaar verhaal, vooral ook die foto van de badkamer met fynn erin LOL! en goed te horen dat het niet altijd geweldig is. Dan vallen de hoogtepunten meer op.
Je gaat het allemaal zeker steeds meer waarderen. De basics van een fijn bed en een schone badkamer. 🙂
Wat heerlijk dat Flores zo goed bevalt en het er zo mooi en puur is! Jammer van de komodovaranen, had er zelf altijd zo’n beeld van dat je dan wel echt onder de indruk bent, maar dat valt dan een beetje tegen. Ben benieuwd naar jullie nieuwe plek, waarvan jullie die eerste avond alleen de golven hoorden… Njoy!!
Gauw lezen dan Yvonne. Ik zet week 12 net online. 🙂 Onze laatste week in Indonesië, we zitten te wachten op onze vlucht naar Australië…