augustus 25, 2023
We gingen de grens met Canada over vorige week en inmiddels zitten we al in Banff National Park. Maar langer dan nog één nacht gaan we hier niet blijven. Het is ons hier veel te druk! Zodra we Kootenay National Park inrijden keert de rust terug, ook bij ons. Grote verrassing: Glacier National Park in Canada.
We storten ons nog een keer in de gekte rondom Banff. Op de planning: Johnston Canyon. Een van de meest populaire wandelingen van Banff, maar het moet schitterend zijn. We boeken eerst nog een nachtje bij, dan hoeven we ons daar niet druk om te maken aan het eind van de dag. Zodra er bereik is zoek ik het schema van de shuttlebus er eens even bij maar dat is eigenlijk geen optie. Of over 15 min. weg, terwijl we de camper nog ergens moeten parkeren, nog een lunch maken en dan nog naar de opstapplaats zelf. Of, pas over twee uur. Wie heeft die tijden verzonnen? We besluiten dus om zelf te rijden en een parkeerplek bij Johnston Canyon te zoeken. Vol goede moed, ietwat naïef misschien…
De speciale RV-parking staat vol met gewone personenauto’s en niemand die dat een beetje begeleidt of stuurt. Dus we wachten en wachten, ik loop nog maar eens een rondje over de parkeerplaats en zie dan mensen aanstalten maken om te vertrekken. Yes! Ik check het nog een keer voor de zekerheid bij de bestuurder, ja hoor, ze gaan.
Ik stel mezelf strategisch op en sein Henk dat ik een plek heb. Die moet echter eerst helemaal het rondje weer maken en dat duurt natuurlijk even in deze drukte. Ondertussen heb ik al een aantal auto’s vriendelijk duidelijk gemaakt dat deze plek bezet is. Ze lachen lief en rijden door. Behalve de Aziatische meneer, die vindt dat hij meer recht heeft op deze plek omdat hij er al met z’n auto is. Een hele discussie volgt. Ook de dame ernaast bemoeit zich er inmiddels mee. Ik kook! Maar, mij krijg je niet gek. Ik geef ze geen centimeter. Ondertussen zie ik Henk aankomen en sein dat hij via de andere kant het vak in moet. Die begrijpt me gelukkig meteen. En zo hebben wij dus een plek.
Het Aziatische stel druipt af, maar meneer komt nadat hij een andere plek gevonden heeft wel nog even een foto van onze camper maken. Om te rapporteren dat wij dus niet op een camperplek staan. Het is te triest voor woorden. En dan moet de wandeling nog beginnen… We hebben er zin in.
Het is inderdaad een prachtige canyon, met een soort van loopbrug aan de wand. Beneden een kolkende blauwe rivier. Die loopbrug is dus zo’n meter breed. Rechts heen, links terugkomend verkeer. Het is file lopen. Je kunt bijna niet stoppen voor een foto, want dan knalt de persoon achter je tegen je op en voor je het weet veroorzaak je een kettingbotsing. Bij de twee watervallen op de route staat zelfs een lange rij om een foto te maken. Dit is echt om te huilen.
Als we teruglopen staan er rangers: er loopt een beer in het gebied. Dit is de allerlaatste plek waar je die verwacht. We mogen niet stil blijven staan. Één foto maken en dan doorlopen. Arme beest. Het jonge dier is compleet gestrest vertelt een ranger even verderop. De rivier aan de ene kant, hordes mensen aan de andere kant… Hoe kan natuur en mens hier samen gaan? We zetten de beer op onze ‘gespotte dieren lijst’ en zoeken dan een rustigere plek op voor de lunch.
Het X-plorer boekje moet ook nog ingeleverd worden, dus we rijden eind van de dag toch even Banff in. Ook daar is het zoeken naar een plek. Na drie rondjes hebben we ‘m geparkeerd. Gauw naar het bezoekerscentrum. Er wordt niet eens in het boekje gekeken. Wel vriendelijk gelachen en de badge overhandigd. Lopende band werk is het. Ik herinner me Banff als een gezellig toeristisch stadje, niet als één grote hysterie. Gauw terug naar onze bubbel op de camping en dan morgen weg hier. Lake Louise en Lake Moraine hadden we gelukkig in 2016 al eens gezien. Ik wil niet weten hoe druk dat nu is…
Overnachting: Banff National park – Two Jack Main campground
Mijlpaaltje, dag 100! We gaan met gierende banden hier vandaan. Dat is zeker. Begrijp me niet verkeerd: Banff hoort absoluut in je rondreis als je een eerste keer in Canada bent. Want met Jasper NP en de Icefield parkway is het absoluut prachtig. Maar wij waren er in 2016 al eens en voor Banff geldt dan: ga niet terug, want dan valt het alleen maar tegen.
Dat gevoel wordt versterkt doordat we niet zo lekker wakker worden. Juli is het begin van de zomervakantie en dus voor mij drukke weken met mijn eigen reistoko. Vouchers nog niet binnen, verkeerde naam op het ticket, een geannuleerde vlucht… dat soort dingen. En wie denkt dat je een paar kilometer buiten het über toeristische Banff wel internetbereik hebt, die heeft het mis. Nou heb ik thuis gelukkig hele fijne back up zitten (bedankt meiden!), maar ik ben er toch druk mee in m’n hoofd. En dat is niet relaxt als je zelf op reis bent.
Speelt ook mee dat Fynn heel graag naar huis wil, die mist z’n vriendje Max en z’n vriendinnen. En dan de drukte en hysterie van de wandelpaden in Banff… nee de energie is wel eens anders geweest hier in de camper. En dan druk ik me zachtjes uit. We spreken het hardop uit tegen elkaar: laten we nou die laatste weken niet in het negatieve raken. Dus, wat hebben we nu nodig? Voor mij geldt in ieder geval; WiFi of 4G, zodat ik even wat dingen kan doen voor reizigers. En iets minder drukte.
Dat laatste vinden we gelijk als we vanuit Banff National Park zo Kootenay National Park inrijden. Wat een verademing!
Voor m’n gevoel zijn we de parkgrens net over als we bij Marble Canyon aankomen. Een niet al te grote parkeerplaats met volop keus waar we onze camper parkeren… dit alleen al is fijn. En dan blijkt de wandeling ook nog eens langs een indrukwekkende canyon te gaan, met in de diepte een ijsblauwe rivier die zich via een aantal watervallen naar beneden stort. Niet heel veel verder liggen de inktpotten. Ook hier amper reizigers. Het is een bijzonder landschap waar we doorheen wandelen en het zijn dus zeker niet allemaal blauwe rivieren. Hier zijn ze groen en geel.
We hebben nog geen kaart van Kootenay NP, dus het is wat improviseren waar we stoppen. Een beetje op gevoel is het. Zo blijkt de lunchstop bij een meer er eentje te zijn waar je nog 13 km naar toe moet lopen. En de stop bij een visitor center eentje zonder visitor center, maar met prachtig blauwe rivier en picknicktafels. Dat was dus juist weer een prima lunchplek geweest. Gauw op zoek naar een kaart dus. In Radium Hot Springs zit een bezoekerscentrum en er is WiFi dus ik kan aan de slag qua werk. Henk haalt ondertussen wat kaarten van de omgeving en ook fijn: er zit een camping vlakbij het stadje maar toch midden in het bos. Er op af!
Ondanks het bordje Full/Complete gaan we het toch weer eigenwijs proberen. Hij is inderdaad vol, maar we mogen op de emergency plek. Stiekem gewoon een hartstikke mooi plekje, lekker ruim want het is een invalidenplek. Zo wij staan! Er is zelfs een speeltuin met mega hoge schommels. En, bij de receptie een staartje 4G.
Als ik ‘s avonds terug loop naar de receptie en daar een lekkere picknicktafel vind om nog wat te werken, maken de eekhoorntjes achter me ruzie in de boom. Geen verkeerd kantoor zo. Ik boek gelijk nog een nachtje bij, want dit is precies wat we nu even nodig hadden.
Overnachting: Kootenay – Redstreak campground
Het zonnetje schijnt alweer! We zitten lekker aan ons ontbijtje als er ineens een vosje langs onze plek wandelt. En ook zo weer de struiken in verdwijnt. Dit is wel weer genieten hoor. We hebben er zin in.
Van de dame bij het bezoekerscentrum hebben we wat wandeltips gekregen, één ervan is Dog Lake. Via een leuke hangbrug steken we de blauwe rivier over. Op de achtergrond de besneeuwde bergtoppen. We slingeren het bos in, stijgen wat en dan komen we bij een spiegelglad meer. Zo af en toe springt er een visje uit het water omhoog, het is er muisstil. Je hoort echt alleen de vogels en de echo van de bergen aan de overkant.
Op de terugweg wordt er natuurlijk nog even met de voeten in dat heldere water bij de rivier gepeddeld. Het doet pijn aan je enkels, zo koud. Maar Fynn en Robyn doen net of het heerlijk water is. Er wordt druk gegraven, echte dambouwers zijn het inmiddels.
Terug rijden we via Olive Lake, een korte stop is voldoende. Je zou er visjes moeten kunnen zien, maar die waren niet thuis vandaag. Eenmaal terug op de camping wordt er wat geluierd in de hangmat en Fynn en Robyn duiken samen de speeltuin in. Als Henk dan vervolgens zegt: “ik wil eigenlijk nog wel even die wandeling vanaf de camping doen.” Zit ik dus ineens lekker met m’n decaf cappuccino in m’n eentje in de hangmat mijn verslag bij te werken. En net als ik denk: ik ga de kids halen, komen ze met z’n tweetjes aangelopen. Top!
Overnachting: Kootenay – Redstreak campground
Geen vosje aan het ontbijt vandaag, helaas. We toeren vandaag naar Glacier NP, niet te verwarren met die in Amerika. Ook hier een handje vol reizigers, of vinden we nu alles rustig na Banff? We halen de wandelkaarten, het X-plorers boekje en ook maar gelijk de badge. En dan naar de camping. First come first serve. De keuze is er reuze als we er rond 14:00 uur aankomen. Het liefst heeft Fynn een plek aan de rivier maar die plekken zijn gewild. We staan er niet naast maar tegenover, prima plekje. Het riviertje buldert trouwens aardig. Vanaf de camping starten allerlei wandelingen, van 30 minuten maar ook van 30 kilometer. Het plan is eigenlijk om een klein rondje te doen, het is tenslotte al 14:00 uur geweest.
We krijgen de tip om niet de gehele “zwarte” wandeling te doen, want dan ben je zes uur verder, maar een stuk de Asulkan vallei in te wandelen en dan om te keren als we het zat zijn. Het loopt alleen wel erg lekker, het uitzicht is prachtig met watervallen en gletsjers en voor we het weten hebben we negen kilometer gelopen. Dit past ons wel: gaan voor een wandelingetje en met een iets te dikke wandeling terugkomen bij de camper. We keren om als de haarspeldbochten omhoog naar de gletsjer zelf beginnen. De klok is een uurtje terug gezet dus we hadden ons ook iets rijker gerekend… we eten dus hartstikke laat en eigenlijk gaan ze veel te laat naar bed. Maar ja, bijna vakantie hè?
Overnachting: Glacier NP – Illecillewaet Campground
Yes, eindelijk vakantie! De schoolvakanties in Midden Nederland starten vandaag en daar vallen wij officieel nog onder. En volgens Fynn doen ze op de laatste schooldag niks meer, dan gaan ze naar de speeltuin en krijgen ze een raketje. Dus vandaag: speeltuin en een ijsje.
Relaxdagje met een goede reden, want na de negen kilometer van gister spelen we een beetje met het idee om morgen een echt pittige wandeling te maken. Het is hier namelijk zo mooi en de camping bevalt zo goed. Qua kilometers kunnen die twee kids van ons het wel aan, daar heb ik wel vertrouwen in. Maar als je naast 10 kilometer ook nog 800 hoogtemeters moet maken, dan wordt het spannend met een meisje van net zes. Het liefst willen we zelfs een hike met 1100 hoogtemeters doen, maar dat lijkt ons toch net iets teveel van het goede. We gaan er nog even een nachtje over slapen, maar eerst dus vandaag de beentjes wat rust geven.
In de buurt van Revelstoke is een meertje dat niet zo vreselijk koud is als de rest, heerlijk voor een dagje zwemmen dus. Lake Williamson ligt naast een camping, je hebt er dus ook een speeltuin, toiletten, ijsjes en midgetgolf. Whoehoo! We maken er maar gelijk echt de vakantie-aftrap van: we doen alles! Zwemmen, ijsjes halen en midgetgolf. Midden op het meer is een vlot, daar kun je heen zwemmen. Da’s leuk. Robyn draait er haar hand niet voor om. Als een hondje trappelt ze zichzelf naar de overkant. Bang voor water is ze niet, maar de schoolslag waar ze voor ons vertrek zo goed mee begon, is ze compleet vergeten.
Henk doet tussendoor nog even een noodzakelijke boodschap nu we toch in een groter plaatsje zijn en zo vullen we de dag. Fynn valt op de terugweg zelfs in slaap. Toch intensiever dan je denkt zo’n dagje “strand”.
Overnachting: Glacier NP – Illecillewaet Campground
We zijn er klaar voor! De krachten zijn gespaard, we zijn uitgeslapen en hebben allemaal een goed ontbijt op. Kom maar op met die klim! We starten vanaf de camping en lopen de Avalanche Crest. Volgens de trailguide 10,2 km (return) en maar liefst 795 hoogtemeters. Er staat vijf uur voor. Dat belooft wat… We klimmen gestaag, het pad zigzagt door het bos en dat is niet verkeerd met de zon van vandaag. Als we het grootste stuk door het bos gehad hebben komen we andere wandelaars tegen. “You already did the hardest part!” Nou waar ze dat op gebaseerd had… geen idee. Want als je dus denkt dat je het ergste gehad hebt valt de rest alleen maar tegen qua klimmen natuurlijk.
Het tweede deel van de route loopt over Alpenweides, het uitzicht op de gletsjers is indrukwekkend. En we halen het allemaal! We tikken met z’n vieren trots het bord met “end of trail” aan. In drie uur hebben we de top bereikt en wacht een heerlijk fris bergmeertje op ons om de voetjes te koelen. We hangen wel anderhalf uur lang bij het meertje. Genieten van de vergezichten, van de bergbloemetjes waar het hier bezaaid mee is en van het frisse water. Hier deden we het voor! Zo trots. Terug naar beneden gaat iets harder, al is ook naar beneden pittig lopen. Gelukkig vinden we een modderbadje voor onze voetjes… We tikken om 17:00 uur de camper weer aan. Die borrel hebben we wel verdiend!
‘s Avonds hebben Fynn en Robyn nog vriendjes gemaakt met de Canadese buurjongens. Als ik vraag wat ze gedaan hebben hoor ik alleen: “Oh, we hadden even gekletst over Roblox. Dat spelen zij ook.” Taal is voor kinderen echt geen issue.
Overnachting: Glacier NP – Illecillewaet Campground
Zo zeg, zo’n wandeling voel je de volgende ochtend wel hoor! Zo stijf als een hark. Kids uiteraard nergens last van, die stuiteren alweer over de camping heen. Lekker nog even tikkertje doen en bij het riviertje hangen met de buurjongens totdat we gaan. Ver gaan we niet vandaag, we rijden naar Mount Revelstoke National Park. Het is goed warm vandaag dus we hopen daar wat verkoeling te vinden.
Eerst even ons plekje veilig stellen op de camping, we hebben voor de verandering weer eens de laatste te pakken. Het zal ook eens niet… Lucky us. De top van Mount Revelstoke ligt op 1.920 meter. Je rijdt over de Meadow to the Sky Road helemaal naar boven. Nou ja, bijna naar de top. De laatste kilometer moet je lopen. Zweten is het! Eenmaal boven zijn wat kleine wandelingen uitgezet, we leren van een ranger alles over beren en we nemen even een kijkje in de Fire Lookout. Tot 1987 werd deze toren echt nog gebruikt om de bosbranden in de omgeving te ontdekken, daarna kwamen de satellieten die dat werk overnamen.
En omdat het eigenlijk te warm is om echt wat te doen rijden we aan het eind van de middag nog even langs “ons” meertje. Een campingplek hebben we tenslotte al in the pocket. Dus even afkoelen! Maar vandaag geen midgetgolf of ijsje uit het winkeltje hoor.
Als de kids ‘s avonds gedoucht en wel in bed liggen gaan wij eens even met de kaarten op tafel. Wat gaan we doen? De temperaturen hier zijn niet leuk meer, veel te warm voor een wandeling. Gaan we dan naar de Icefield parkway terug en via Jasper NP en Wells Grey naar Whistler, met het risico dat we weer de drukte ingaan? Of gaan we het onbekende zuiden in? Waar het warm wordt, maar waar we nog nooit geweest zijn en waarvan we weten dat het er minder toeristisch is? We gaan er een nachtje over slapen…
Overnachting: Revelstoke NP – Snowforest Campground
Clifhanger als het gaat om wat we volgende week doen…
Draadnagelweg 6,
3525BV Utrecht
Tel: 06 - 45 02 94 57
nynke@reismetkinderen.nl
KVK: 72667133
Wat knap zeg zo’n pittige hike met jullie stoere kids. Wat ben je dan trots. Om nooit te vergeten.
Heel trots inderdaad! Ze overtreffen absoluut onze wandel/ hike verwachtingen. 🙂
Wat een prachtige reis Nienke en wat schrijf je toch heerlijk! In een ruk alle weken gelezen en inspiratie opgedaan voor volgend jaar. Geduldig wachten tot volgende week… en dromen van zo’n lange reis!
Wat onwijs leuk te horen Jose! Je hebt inderdaad nog 3 weken tegoed. 🙂 En jullie mogen dus nog volgend jaar, geluksvogel! Gaan jullie voor Canada of Amerika?
Amerika dit keer, meivakantie tussen San Francisco en Salt Lake City 🙏🏼